Les 1: Bruto- en nettowinst

Een eigen bedrijf
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Een eigen bedrijf

Slide 1 - Tekstslide

Programma

  1. Nakijken
  2. Leerdoel
  3. Zelfstandig oefenen
  4. Afsluiten 

Slide 2 - Tekstslide

Hoe bereken je de opbrengst van een bedrijf?

Slide 3 - Woordweb

Keuze 1

Je doet mee met de klassikale uitleg. 

Je gaat daarna zelfstandig aan de slag met de opdrachten.
Keuze 2

Je gaat direct  in stilte zelfstandig aan de slag met opdracht 54 t/m 66 van H5.4. 

Klaar? Doe je in stilte iets voor jezelf.


Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel 
Je weet wat afzet en omzet is en je kunt de omzet berekenen.

Pak je rekenmachine erbij!

Slide 5 - Tekstslide

Eigen bedrijf
Je verkoopt ijsjes op een festival.

Je verwacht 290 ijsjes te verkopen voor 3,50 euro per stuk. .

  1. Wat is de verwachte afzet?
  2. Wat is je verwachte omzet aan het einde van de dag?
timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Omzet
Het bedrag in geld dat de verkoper ontvangt van de kopers.

Berekening:
Verkoopprijs x afzet (verkochte hoeveelheid)

Slide 7 - Tekstslide

Inkoopwaarde van de omzet
Het bedrag in geld dat de verkoper zelf heeft betaald voor de producten die hij/zij verkoopt.

Berekening:
Inkoopprijs x afzet (verkochte hoeveelheid)

Slide 8 - Tekstslide

Welke kosten maak je nog meer?

Slide 9 - Woordweb

Bedrijfskosten
kosten die nodig zijn om je bedrijf uit te oefenen en producten te kunnen verkopen. 


Slide 10 - Tekstslide

Eigen bedrijf
De bedrijfskosten bestaan uit:
Huur foodtruck 300 euro. 
Aankleding foodtruck 25 euro. 
Loonkosten 80 euro. 
Onvoorziene kosten 35 euro.

Wat is je verwachte winst aan het einde van de dag?
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide


Omzet
- Inkoopwaarde omzet 
----------------------------------
= Brutowinst
- Bedrijfskosten
----------------------------------
= Nettowinst

Verkoopprijs x afzet
Inkoopprijs x afzet 
Het bedrag in geld dat je ontvangt van de kopers
de afzet is de 
verkochte 
hoeveelheid
Alle kosten die nodig zijn om je bedrijf uit te oefenen en producten te kunnen verkopen.
Het bedrag dat de ondernemer zelf heeft betaald voor de producten die hij/zij verkoopt.

Slide 12 - Tekstslide

Zelfstandig oefenen
Pak nu je boek, schrift, pen en rekenmachine. 

Zelfstandig werken aan opdracht 54 t/m 66 van 5.4. 


timer
15:00

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoel 
Je weet wat afzet en omzet is en je kunt de omzet berekenen.

Slide 14 - Tekstslide