Lezing Systeem aarde

Systeem aarde
GPL jaar 2
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Systeem aarde
GPL jaar 2

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij vulkanen en aardbevingen?

Slide 2 - Woordweb

De opbouw van de aarde
  • De aarde bestaat uit verschillende lagen.
  • De aardkorst is slechts 40 km dik en bestaat uit verschillende platen.

Slide 3 - Tekstslide

Verschillende platen
  • De aardkorst bestaat uit verschillende platen, de wereld is niet een geheel.
  • Continetale platen zijn de platen met land, oceanische platen zijn de platen met zee.

Slide 4 - Tekstslide

Convectiestromen
  • De mantel is een stroperige massa die heel langzaam beweegt. 
  • Dit zorgt er voor dat de platen kunnen bewegen.
  • Naar elkaar toe
    (convergentie), van elkaar af (divergentie), en langs elkaar (transform)

Slide 5 - Tekstslide

Convergentie (naar elkaar toe)
  • Bij deze plaatbeweging ontstaan bergen en aardbevingen.

Slide 6 - Tekstslide

Transform (langs elkaar)
  • Bij deze plaatbeweging ontstaan aardbevingen.
  • Aardbevingen worden gemeten door een seismograaf. 
  • Het hypocentrum is de plek onder de aardkorst waar de aardbeving ontstaat.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Divergentie
(uit elkaar)
  • Bij deze plaatbeweging ontstaan vulkanen.
  • Er ontstaat een spleet die opgevuld wordt door magma.
  • Op een gegeven moment is de druk zo hoog dat de vulkaan uitbarst.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Bergen ontstaan bij de volgende plaatbeweging
A
Convergent
B
Divergent
C
Transform

Slide 11 - Quizvraag

De aarde bestaat uit meerdere lagen, de laag waar wij op leven heet...
A
De kern
B
De mantel
C
De aardkorst
D
De buitenkern

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een continentale plaat?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Leerdoelen
Leerdoel 2 rood: Je beschrijft het reliëf op aarde en de verdeling tussen land en water op aarde in hoofdlijnen.

Leerdoel 2 wit: Je beschrijft en verklaart de landschapsvormende werking van endogene krachten.

Slide 15 - Tekstslide

Erosie
Het uitschuren, afslijten van een vast oppervlak en het afvoeren van los materiaal van de aardkorst naar een andere plek door wind, stromend water en ijs.

Riviererosie
Gletsjererosie
Winderosie
Kusterosie

Verwering
Het breken en loskomen van gesteente aan het aardoppervlak door invloeden van planten, bomen, vorst en zure regen.

Chemische verwering 
Mechanische verwering

Slide 16 - Tekstslide

Welke soort verwering zie je op de foto?
A
Chemische verwering
B
Mechanische verwering

Slide 17 - Quizvraag

Welke soort erosie zie je op de foto?
A
Kusterosie
B
Winderosie
C
Gletsjererosie
D
Riviererosie

Slide 18 - Quizvraag

Endogene krachten

Dit zijn krachten van binnenuit de aarde. Voorbeelden hiervan zijn vulkanisme en de daarbij behorende aardbevingen. 
Exogene krachten

Krachten die van buitenaf het uiterlijk van de aarde veranderen. Voorbeelden hierbij zijn verwering en erosie

Slide 19 - Tekstslide

Wat voor soort kracht is een aardbeving?
A
Endogeen
B
Exogeen
C
Allebei
D
Geen van beiden

Slide 20 - Quizvraag

Wat voor soort kracht is erosie?
A
Endogeen
B
Exogeen
C
Allebei
D
Geen van beiden

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

Wat zijn kringlopen?

Slide 23 - Woordweb

Leerdoelen
Leerdoel 2 rood: Je benoemt de kringlopen van water en lucht als proces.

Leerdoel 2 wit: Je herkent en beschrijft processen uit kringlopen in systeem aarde van lucht en water het dagelijkse leven.

Slide 24 - Tekstslide

Welke kringlopen zijn er?
A
Water
B
Lucht
C
Gesteente
D
Koolstof

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Video

Luchtstromen op aarde

Slide 27 - Tekstslide

Wat voor luchtdruk gebied is er bij de evenaar?
A
Lage druk
B
Hoge druk

Slide 28 - Quizvraag

Wat is de rotatierichting van de aarde?
A
Rechtsom
B
Linksom

Slide 29 - Quizvraag

Wat is de bewegingsrichting van de passaatwinden?
A
Rechtsom
B
Linksom

Slide 30 - Quizvraag

Wat is de meest voorkomende windrichting voor Nederland?
A
Noordwest
B
Zuidwest
C
Noordoost
D
Zuidoost

Slide 31 - Quizvraag