Verbos irregulares clase 6

¿Cómo se conjugan?
Los verbos irregulares de cambio vocálico
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

¿Cómo se conjugan?
Los verbos irregulares de cambio vocálico

Slide 1 - Tekstslide

dormir, yo
A
dormo
B
duermo
C
diermo
D
dermo

Slide 2 - Quizvraag

contar, tú
A
contes
B
cuentas
C
contamos
D
cientas

Slide 3 - Quizvraag

probar, nosotros
A
pruebamos
B
probemos
C
priebamos
D
probamos

Slide 4 - Quizvraag

repetir, él
A
ripite
B
repeti
C
repite
D
repete

Slide 5 - Quizvraag

venir, ellos
A
venen
B
vienen
C
vuenen
D
vinen

Slide 6 - Quizvraag

Ik herinner me
A
me acuerdo
B
me recuerdo

Slide 7 - Quizvraag

jij denkt
A
piensas
B
pinsas

Slide 8 - Quizvraag

ik frituur
A
freio
B
frío
C
frito
D
frigo

Slide 9 - Quizvraag

hij zegt
A
dige
B
dije
C
dece
D
dice

Slide 10 - Quizvraag

hij liegt
(sin pronombre)

Slide 11 - Open vraag

wij verliezen
(sin pronombre)

Slide 12 - Open vraag

ik ben dankbaar
(sin pronombre)

Slide 13 - Open vraag

jij speelt
(sin pronombre)

Slide 14 - Open vraag

u kiest
(sin pronombre)

Slide 15 - Open vraag

ik lach
(sin pronombre)

Slide 16 - Open vraag

ik ken
(sin pronombre)

Slide 17 - Open vraag

ik vertaal
(sin pronombre)

Slide 18 - Open vraag

hij komt
(sin pronombre)

Slide 19 - Open vraag

ik hang op
(sin pronombre)

Slide 20 - Open vraag