week 5 Geografische vaardigheden
1 / 20
Lesduur is: 80 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Kaart
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
`Ik moet 20 minuten fietsen naar school.`
Dit gaat over...
Dit gaat over...
A
de afstand hemelsbreed
B
de afstand in kilometers
C
de absolute afstand
D
de relatieve afstand
Slide 12 - Quizvraag
`De afstand van mijn huis naar school in een rechte lijn is maar 600 meter.`
Dit gaat over...
Dit gaat over...
A
de afstand hemelsbreed
B
de afstand in kilometers
C
de absolute afstand
D
de relatieve afstand
Slide 13 - Quizvraag
`Wij hebben 1.100 kilometer gereden voor we bij de camping waren. `
Dit gaat over...
Dit gaat over...
A
de afstand hemelsbreed
B
de afstand in kilometers
C
de absolute afstand
D
de relatieve afstand
Slide 14 - Quizvraag
Een kaart heeft de schaal 1: 3.500.000
1 cm op deze kaart is in werkelijkheid..
1 cm op deze kaart is in werkelijkheid..
A
3.500 km
B
35 km
C
3,5 km
D
7 km
Slide 15 - Quizvraag
Een kaart heeft de schaal 1: 3.500.000
2 cm op deze kaart is in werkelijkheid..
2 cm op deze kaart is in werkelijkheid..
A
1.750 km
B
35 km
C
3,5 km
D
70 km
Slide 16 - Quizvraag
Met welk vervoersmiddel is de relatieve afstand het kleinst?
A
vrachtschip
B
auto
C
vliegtuig
D
fiets
