Een eigen bedrijf?

Welkom E&O PPO
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom E&O PPO

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen voor vandaag
> Je kunt motieven noemen om een eigen bedrijf te starten.
> Je kunt verschillende ondernemingsvormen uitleggen.
> Je kunt uitleggen dat aansprakelijkheid per rechtsvorm verschilt.
> Je kunt het verschil tussen werknemer en werkgever aangeven.
> Je kunt voorbeelden noemen van (niet-)commerciële organisaties.

Slide 2 - Tekstslide

Heb je iemand in je omgev

Slide 3 - Woordweb

Hoe start je een eigen bedrijf?
1. Je informeert bij de gemeente of je een bedrijf mag starten op de
    gekozen plaats.
    - Voor sommige bedrijven heb je de juiste diploma's nodig.
2. Je schrijft je in bij de Kamer van Koophandel (KvK)
    - Je kiest een ondernemingsvorm (rechtsvorm).
    - Dit is bepalend voor wie eigenaar is
    - Wie er verantwoordelijk is voor de onderneming
    - Welke belastingen je moet betalen.
3. Je meld je aan bij de belastingdienst.

Slide 4 - Tekstslide

Welke ondernemingsvorm kies je?
Eenmanszaak
Vennootschap onder firma (vof)
Besloten vennootschap (BV)
Naamloze vennootschap (NV)


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Eenmanszaak
Eigenaar
Geen rechtspersoon
Eigenaar is aansprakelijk

Inkomstenbelasting
Omzetbelasting (BTW)

Slide 7 - Tekstslide

Vennootschap onder firma (vof)
Meerdere eigenaren
Geen rechtspersoon
Iedere vennoot is aansprakelijk

Inkomstenbelasting per vennoot
Omzetbelasting (btw)

Slide 8 - Tekstslide

Besloten vennootschap (bv)
Rechtspersoon
Aandeelhouders zijn de eigenaar
Aandelen zijn niet vrij verhandelbaar.

Vennootschapsbelasting over winst omzetbelasting (btw)

Slide 9 - Tekstslide

Naamloze vennootschap (nv)
Rechtspersoon
Aandeelhouders zijn eigenaar
Aandelen zijn vrij verhandelbaar.

Vennootschapsbelasting over de winst (btw)

Slide 10 - Tekstslide

Aandelen zijn vrij verhandelbaar
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 11 - Quizvraag

Iedere vennoot is aansprakelijk
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 12 - Quizvraag

Aandelen op naam hoort bij:
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 13 - Quizvraag

De winst is voor maar één eigenaar
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 14 - Quizvraag

Welk bedrijfsvorm betaald omzetbelasting (BTW)?
Er zijn meer mogelijkheden.
A
Eenmanszaak
B
vof
C
BV
D
NV

Slide 15 - Quizvraag

Kun je mensen in dienst nemen?
De meeste ondernemers starteten als zzp'er.
zzp = zelfstandige zonder personeel

Indien het bedrijf groter wordt en groeit kan de ondernemer overwegen om personeel aan te nemen. 
Dit noem je dan een werknemer. 
De ondernemer wordt dan een werkgever.

Slide 16 - Tekstslide

Commerciële organisatie
Doel: Winst
Niet commerciële organisatie
Doel: Geen winst

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een goed voorbeeld van een commercieel bedrijf?
A
Stichting AAP
B
McDonald's
C
Kika
D
War Child

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het doel van een niet-commercieel bedrijf
A
Streven naar winst
B
Werkgevers
C
Werknemers
D
Streven niet naar winst

Slide 19 - Quizvraag

Aan de slag
Maken opdracht op bladzijde 6 en 7
(Business Model Canvas wordt later uitgedeeld




Slide 20 - Tekstslide

De p van plaats (bladzijde 8/9
  • Huur niet meer dan €200 per vierkante meter 
  • Ruimte 150 en 200 vierkante meter
  • A1 locatie

Slide 21 - Tekstslide

De p van promotie bladzijde 12/13

Slide 22 - Tekstslide

De p van presentatie bladzijde 10/11

Slide 23 - Tekstslide

De p van presentatie bladzijde 14

Slide 24 - Tekstslide

De p van presentatie bladzijde 15

Slide 25 - Tekstslide

Wat vond je van deze les?

Slide 26 - Woordweb

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link