2. 14 apr: Beeldtaal (3B)

Op tafel:
  • laptop
  • map
  • pen
  • Oefenboek
  • Handboek
Welkom havo 3
timer
10:00
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.
  • Oortjes en telefoon in je tas. 
Starten met 10 minuten NUMO

Inlog vergeten?
gebruikersnaam: leerlingnummer: 123456
wachtwoord: j123456
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

Op tafel:
  • laptop
  • map
  • pen
  • Oefenboek
  • Handboek
Welkom havo 3
timer
10:00
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.
  • Oortjes en telefoon in je tas. 
Starten met 10 minuten NUMO

Inlog vergeten?
gebruikersnaam: leerlingnummer: 123456
wachtwoord: j123456

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag maandag 14 april: 
  • Numo: al gedaan
  • Huiswerk nakijken
  • Beeldtaal: 3B: uitleg
  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Periode 2 
Oefenboek
Handboek 
Hst 3 Perspectief
B, D, F*
Taalgebruik- hst 23
Verhalen - hst 9
Hst 6 Taal en identiteit
A, B, E, F*
Taal & Cultuur - hst 16
Taalgebruik- hst 1-6 + 8-10
Verhalen en gedichten -  hst 10
Tekstvorm recencie
Taalgebruik - hst 1-6 + 8-10, 13
Verhalen en gedichten - hst 3, 4, 8, 9, 10
Grammatica
C: Hoofdzin en bijzin 
-
Grammatica
hst 11
hst 13-16
Planning periode 3
F*: zelfstudie
En NUMO!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Numo >> grammatica
10 lesweken, 45 min per lesweek 
7,5 uur: met 50% vooruitgang!

  • Eerst met regulier programma > grammatica
  • Dan met 'taak Grammatica - taalkundig ontleden'

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Recensie- en leesplanning
20 mei
leesboek uit
26 mei 
recensie oefenen
2 juni
recensie feedback geven
12 juni
recensie definitieve versie schrijven

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk nakijken: opdr 3
  • Als twee groepen sprekers elkaar niet kunnen verstaan, spreek je van een taal. Wanneer de taal van verschillende groepen van elkaar verschilt maar die groepen elkaar wel kunnen verstaan, dan spreek je van een taalvariant.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk nakijken: opdr 4
  • Een sociolect is een sociale taalvariant: een variant op een taal die te maken heeft met de sociale groep waartoe je behoort.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk nakijken: opdr 5
  • Als mensen op dezelfde manier spreken, voelen ze zich met elkaar verbonden. Je taal laat zien met welke mensen je je associeert, en vormt zo een onderdeel van je identiteit.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk nakijken: opdr 7
  • a Codeswitchen is het aanpassen van de taal aan de situatie of gesprekspartner.
  • b Mensen doen aan codeswitchen omdat ze bepaalde kanten van zichzelf willen laten zien en omdat bepaald taalgebruik daarbij past. Daarbij weten ze dat hun gesprekspartner hun kan verstaan. 
  • c Eigen antwoord.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoord
Een woord dat iets zegt over een andere woordsoort, maar niet over zelfstandig naamwoorden: 
  • Bijvoorbeeld: Het was vandaag super heet buiten. 
  • super (zegt iets over 'heet')
  • Bijvoorbeeld: Dat meisje is echt heel lelijk.
  • echt (zegt iets over 'heel') en heel (zegt iets over 'lelijk)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreken
1. In de oude en stoffige bibliotheek las de nieuwsgierige student heel langzaam en nauwkeurig een zeldzaam boek over mystieke geschiedenis, tussen de hoge kasten en onder een flikkerend licht.
  • Zelfst nw: bibliotheek, student, boek, geschiedenis, kasten, licht
  • Bijv nw: oude, stoffige, nieuwsgierige, zeldzaam, mystieke, hoge, flikkerend
  • Bijw: heel (over langzaam), langzaam (over las), nauwkeurig (over las)
  • vz: over, tussen, onder
  • ww: las

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldtaal: Kern 3B
log in op LessonUp
en maak aantekeningen!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen les
  1. Je leert wat illustratief en functioneel beeld is. 
  2. Je leert hoe je grafieken, tabellen en schema's leest. 
  3. Je leert infographics begrijpen. 


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. krachtig/versterken
2. vervangen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is taal?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is taal?
Welke vormen van taal zijn er?
Wat is beeldtaal?
Waarom gebruik je beeldtaal?
Welke twee vormen van beeldtaal zijn er?
Beeldtaal

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is beeldtaal?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag: Wat is beeldtaal?
Antwoord: 
  • Je communiceert niet met woorden of zinnen, maar met een beeld. Een beeld is een plaatje.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom gebruik je beeldtaal?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag: Waarom gebruik je beeldtaal?
Antwoord: 
  • Je gebruikt beeldtaal om de tekst te versterken of duidelijker te maken.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldtaal
1. Illustratief 
2. Functioneel

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een illustratief beeld?
Waarom  is er een illustratief beeld?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een illustratief beeld?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag: Wat is een illustratief beeld?
Antwoord: 
  • Het plaatje (beeld) heeft geen eigen boodschap. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is er een illustratief beeld?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag: Waarom is er een illustratief beeld? 
Illustratief beeld: het plaatje (beeld) heeft geen eigen boodschap. 

Antwoord: 

  • Het plaatje versterkt de boodschap.
  • Het plaatje verduidelijkt de boodschap, maar zonder tekst begrijp je het plaatje niet. 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een functioneel beeld?
Waarom is er een functioneel beeld?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een functioneel beeld?

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag: Wat is een functioneel beeld?
Antwoord: 
  • Het plaatje (beeld) heeft een eigen boodschap. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Is dit beeld illustratief of functioneel? 
Leg je antwoord uit. 

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Is dit beeld illustratief of functioneel?
Leg je antwoord uit. 

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een infographic?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een infographic?
  • Een infographic is een functioneel beeld; 
  • Het is een combinatie van beeld en tekst om een complex onderwerp uit te leggen. 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Waarom is dit een infographic? Leg uit.
              >>> zoom in >>>

Slide 37 - Open vraag

Alleen met klas B besproken.

Het is een combinatie van beeld en tekst om een complex onderwerp (hier: talen in de wereld) uit te leggen. 
Infographic

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe lees je een tabel? 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen uit deze les
  • beeldtaal
  • illustratief beeld
  • functioneel beeld
  • infographic
  • schema's, tabellen, grafieken

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag (sluit je laptop)
Lees uit je handboek pg 88-89
en maak opdracht 3, 4, 6, 7, 8, 9 op pg 48-51

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Periode 2 
Oefenboek
Handboek 
Hst 3 Perspectief
B, D, F*
Taalgebruik- hst 23
Verhalen - hst 9
Hst 6 Taal en identiteit
A, B, E, F*
Taal & Cultuur - hst 16
Taalgebruik- hst 1-6 + 8-10
Verhalen en gedichten -  hst 10
Tekstvorm recencie
Taalgebruik - hst 1-6 + 8-10, 13
Verhalen en gedichten - hst 3, 4, 8, 9, 10
Grammatica
C: Hoofdzin en bijzin 
-
Grammatica
hst 11
hst 13-16
Planning periode 3
F*: zelfstudie
En NUMO!

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies