H3D - les 19 - H1 tm H5 Spelling opfrissen

Welkom! 
  • Ga alvast naar LessonUp! De les
     staat voor je klaar. 

  • Houd je leerboek bij de hand.


We lopen volgens planner, fijn!



1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom! 
  • Ga alvast naar LessonUp! De les
     staat voor je klaar. 

  • Houd je leerboek bij de hand.


We lopen volgens planner, fijn!



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



  • lesdoelen
  • uitleg spelling
  • extra oefenen
  • checken lesdoelen
Wat gaan we doen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Aan het einde van deze les is je kennis van spelling opgefrist.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toets H1 t/m H5 Spelling
  • Je kunt van werkwoorden bepalen of het om een pv (tt of vt) gaat, een
     vd, od of bijvoeglijk naamwoord + je kunt deze (Engelse)
     werkwoordsvormen correct spellen.
  • Je kunt leestekens plaatsen.
  • Je weet wanneer je een meervouds-n achter woorden als alle, beide of
     enkele plaatst.
  • Je kunt hoofdletters plaatsen.
  • Je weet wanneer je koppelteken, weglatingsteken, trema en apostrof
     plaatst.
  • Je weet wanneer je tussenletters gebruikt.
  • Je kunt met je kennis van pt 5 de juiste vorm v. samenstellingen kiezen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hashhds




  • leestekens 
  • meervouds-n bij verwijzingen
  • hoofdletters
  • tussenletters bij samenstellingen

Slide 5 - Tekstslide

(géén aanhalingstekens en accenten)
Wel of geen komma?

Toen de voorzitter weer tot zichzelf gekomen was, kon de vergadering voortgezet worden.
A
wel
B
niet

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wel of geen komma?

Je hebt geen voldoende, helaas.
A
wel
B
niet

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wel of geen komma?

Ik zou wel langs willen komen maar, het mag op dit moment niet vanwege de coronamaatregelen.
A
wel
B
niet

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meervouds-n bij verwijzingen

Welke zin is juist of welke zinnen zijn juist?
a. Schrijf tien zinnen. Ze moeten alle met een hoofdletter beginnen.
b. Denk aan je handen: je moet ze beiden aan het stuur houden.
A
Alleen A
B
Alleen B
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meervouds-n bij verwijzingen

Welke zin is juist of welke zinnen zijn juist?
a. De hele buurt liep uit om afscheid te nemen. Enkelen wilden met ons mee.
b. Alle mensen uit de buurt kwamen om afscheid te nemen en enkele wilden
met ons mee.
A
Alleen A
B
Alleen B
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wel of geen hoofdletter?

Wat zijn jouw plannen met de Hemelvaartvakantie?
A
wel
B
niet

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdlettergebruik

Welke zin is juist of welke zinnen zijn juist?
a. In Zuidoost-Duitsland ligt Neurenberg, de hoofdstad van het speelgoed.
b. In het Zuidoosten van Duitsland ligt Neurenberg, de hoofdstad van het
speelgoed.
A
Alleen A
B
Alleen B
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leestekens: koppelteken, weglatingsteken, apostrof en trema

Welk rijtje is juist? Of welke rijtjes zijn juist?
a. donkerblauw en -groen, oude- en nieuwe broeken
b. kant-en-klaarmaaltijd, driesterrenhotel
A
Alleen A
B
Alleen B
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leestekens: koppelteken, weglatingsteken, apostrof en trema

Welk rijtje is juist? Of welke rijtjes zijn juist?
a. ski-instructeurdiploma, egoïsme, tbs'er
b. Kees' fiets, opticien, op- of aanmerkingen
A
Alleen A
B
Alleen B
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tussenletters bij samenstellingen

Welk rijtje is juist? Of welke rijtjes zijn juist?
a. ziekezorg, secondewijzer, wiegendood
b. rodekool, kostenloos, scheepswrak
A
Alleen A
B
Alleen B
C
A en B zijn allebei goed
D
A en B zijn allebei fout

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Even terug naar de lesdoelen
  • Is je kennis van spelling voldoende opgefrist? Hoeveel vertrouwen
     heb je in jezelf voor wat betreft dit onderdeel op de toets?
  • Tip!
     - Maken Extra spelling a/h einde van ieder hfdst
       (Mail mij voor de antwoorden!)
     - Oefenen via Socrative. Room code komt op de Classroom.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies