Tussenletters

* Tussenletters.

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

* Tussenletters.

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je leert over tussenletters in samenstellingen.
  • Je oefent met spelling.
  • Je werkt aan je lees- of schrijfdossier.
  • Je weet wat er getoetst wordt in de toetsweek.

Slide 2 - Tekstslide

Tussenletters, samenstelling
Bij een samenstelling zijn twee of meer bestaande woorden aan elkaar geplakt.

Soms moet je tussenletters gebruiken om een goede samenstelling te maken.

Slide 3 - Tekstslide

Tussenletters, samenstelling
Je gebruikt de tussenletter(s):

-en-

- als het eerste woord alleen een meervoud heeft op -en: bananenschil, paardensport.

Slide 4 - Tekstslide

Tussenletters, samenstelling
Je gebruikt de tussenletter(s):

-e-

- als het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is: zonnecel, maneschijn.
- als het eerste woord een versterkende betekenis heeft:  retegoed, reuzegroot.
- als het eerste woord (ook) een meervoud op -s heeft: gemeenteraad, stageplaats.
- als het eerste woord geen meervoud heeft: rijstepap.
- als het eerste woord geen zelfstandig naamwoord is: huilebalk.

Slide 5 - Tekstslide

Tussenletters, samenstelling
Je gebruikt de tussenletter(s):

-s-

- als je de -s hoort en als de -s- in dezelfde soort samenstellingen ook voorkomt: mijnwerkerslamp, mijnwerkersstaking, stadstuin, stadscentrum.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de juiste spelling?
[praten]
Ik ________ gisteren over mijn nieuwe diploma.

Slide 7 - Open vraag

Welke spelling is correct?
A
ligt
B
licht

Slide 8 - Quizvraag

Vindt jij haar ook leuk?
Is VINDT goed geschreven?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Wat is juist?

'Wat je vindt, dat mag je houden. Vindt je ook niet?'
A
Fout, eerste 'vindt' moet zonder 't'.
B
Fout, beide keren moet 'vindt' zonder 't'.
C
Fout, tweede 'vindt' moet zonder 't'.
D
Deze zin is goed gespeld.

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
Ik heb mijn cijfer verbeter...
A
t, want dit is een pv t.t.
B
d, want dit is een vd

Slide 11 - Quizvraag

Ik ... (worden) moe van spelling.
pv-tt
A
wordt
B
wort
C
word

Slide 12 - Quizvraag

Welke spelling is juist?

Volgens mij ... je broer moe van spelling.
A
word
B
wordt
C
wort

Slide 13 - Quizvraag


Kies de juiste spelling.

Het [beloven] weer een flinke uitdaging te worden.


A
belooft
B
beloofd

Slide 14 - Quizvraag


Kies de juiste spelling.

Het is de tweede keer, dat dit [gebeuren].


A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 15 - Quizvraag

spelling: wat is juist?
A
... om 9 uur s' ochtends.
B
... om 9 uur 's ochtends.

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de correcte spelling van het woord 'kroket'?
A
Kroket
B
Kroquet
C
Krokett
D
Croquet

Slide 17 - Quizvraag

Welke spelling is juist?

... jij ook zo moe van spelling?
A
word
B
wordt
C
wort

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
A
financien
B
financiën

Slide 19 - Quizvraag

Welke spelling is juist:
A
januari
B
Januari

Slide 20 - Quizvraag

Welke spelling is juist:
A
zondag
B
Zondag

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
A
kilo'tje
B
kilootje

Slide 22 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
Ik heb mijn cijfer verbeter...
A
t, want dit is een pv t.t.
B
d, want dit is een vd

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
Ik begeleid/begeleidt mijn oma naar haar stoel.
A
begeleid
B
begeleidt

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
De sollicitant antwoord/antwoordt: 'Ik ben elk weekend beschikbaar.'
A
antwoord
B
antwoordt

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
Vind/Vindt jij dat ook?
A
vind
B
vindt

Slide 26 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Spelling §5: Tussenletters
Opdracht 1 t/m 6 op bladzijde 200 + 201 (FYSIEK, NIET ONLINE)
Meer dan lezen §4: Tekstdoelen en publiek
Opdracht 4 t/m 7.
Lees- en/of schrijfdossier.

  • Let op! Volgende week controle van al het huiswerk tot nu toe. Weet je niet meer wat we allemaal gemaakt moeten hebben? Kijk in de studiewijzer of in je agenda.



Slide 27 - Tekstslide