1-25: Irregular verbs Stepping Stones 7th edition klas 2

Irregular verbs
Irregular verbs 1-25

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Irregular verbs
Irregular verbs 1-25

Slide 1 - Tekstslide

Irregular verbs
Study irregular verbs 1 - 25

(See magister -> studiewijzer -> irregular verbs )

Slide 2 - Tekstslide

regelmatige werkwoorden krijgen: -ed 
• I walked to school this morning.
• We cooked dinner for the whole family.
Past simple
(verleden tijd in het Engels)
onregelmatige werkwoorden hebben allemaal een eigen verleden tijd.
give --> Yesterday my dad gave me some money.
see  --> I saw a great film last week.

Slide 3 - Tekstslide

Irregular verbs
go - went - gone

1e rijtje: tegenwoordige tijd (present simple)
2e rijtje: verleden tijd (past simple)
3e rijtje: voltooide tijd (present perfect + have)

Today, I go to school.
Yesterday, I went to school.
I have gone to school.

Slide 4 - Tekstslide

Lets practice

Slide 5 - Tekstslide

..... - chose - chosen
(kiezen)
A
chose
B
choose
C
chosen
D
chosed

Slide 6 - Quizvraag

burn - burnt/burned - .....
(ver)branden
A
burn
B
burnt
C
burnt/burned
D
burned

Slide 7 - Quizvraag

cut - ..... - cut
(snijden / knippen)
A
cut
B
cuted
C
cate
D
cutted

Slide 8 - Quizvraag

become - ..... - become
(worden)

Slide 9 - Open vraag

DO
CATCH
BE
BUY
DRINK
did
caught
was/were
bought
drunk
caught
done
bought
drank
been

Slide 10 - Sleepvraag

bleed - bled - .....
(bloeden)
A
bleed
B
bledded
C
blead
D
bled

Slide 11 - Quizvraag

beat - beat - .....
(verslaan)
A
beaten
B
beat
C
beated
D
bead

Slide 12 - Quizvraag

begin - ..... - begun
(beginnen)
A
begin
B
began
C
begun
D
beginned

Slide 13 - Quizvraag

bite - ..... - bitten
(bijten)
A
bit
B
bitten
C
bite
D
bited

Slide 14 - Quizvraag

..... - broke - broken
(kapot maken)
A
break
B
broke
C
broken
D
breaked

Slide 15 - Quizvraag

breed
broadcast
build
come
deal
bred
bred
broadcast
broadcast
built
built
came
come
dealt
dealt

Slide 16 - Sleepvraag

blow - ..... - blown
(blazen)
A
blow
B
blown
C
blowed
D
blew

Slide 17 - Quizvraag

..... - drew - drawn
(tekenen)
A
drawed
B
drawn
C
drew
D
draw

Slide 18 - Quizvraag

cost - cost - .....
(kosten)
A
cosed
B
costed
C
cost
D
coset

Slide 19 - Quizvraag

bet - ..... - bet
(wedden)

Slide 20 - Open vraag

..... - brought - brought
(brengen)
A
bring
B
brought
C
bringed
D
brang

Slide 21 - Quizvraag

dig - ..... - dug

A
dig
B
dug
C
dag
D
digged

Slide 22 - Quizvraag

How did you do?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

A quiz like this, helps me to learn the irregular verbs
A
yes
B
no

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide