Herhaling 9

Welkom HA1A
  • Maak je wisbordje goed schoon
  • Controleer of je stift het doet en wissel hem anders om voor een werkende stift.
  • We gaan heel het hoofdstuk herhalen.
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Welkom HA1A
  • Maak je wisbordje goed schoon
  • Controleer of je stift het doet en wissel hem anders om voor een werkende stift.
  • We gaan heel het hoofdstuk herhalen.

Slide 1 - Tekstslide

onderwerpen
Lijnsymmetrie
Draaisymmetrie
Puntsymmetrie
Bijzondere driehoeken
Bijzondere vierhoeken
Verschillende hoeken

Slide 2 - Tekstslide

Lijnsymmetrie
Lijn die je kan trekken in een figuur waarbij er  twee dezelfde gespiegelde figuren ontstaan

Slide 3 - Tekstslide

Spiegelen in een lijn
1. Teken de loodlijnen (van elk hoekpunt op de lijn)
2. 

Slide 4 - Tekstslide

Spiegelen in een lijn
1. Teken de loodlijnen (van elk hoekpunt op de lijn)
2. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (en benoem deze)
3.

Slide 5 - Tekstslide

Spiegelen in een lijn
1. Teken de loodlijnen (van elk hoekpunt op de lijn)
2. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (en benoem deze)
3. Teken de lijnstukken

Slide 6 - Tekstslide

onderwerpen
Lijnsymmetrie
Draaisymmetrie
Puntsymmetrie
Bijzondere driehoeken
Bijzondere vierhoeken
Verschillende hoeken

Slide 7 - Tekstslide

Draaisymmetrie

Slide 8 - Tekstslide

Draaisymmetrie

Slide 9 - Tekstslide

Draaisymmetrie
De kleinste draaihoek kan je berekenen door:
360: het aantal draaiingen. 

Slide 10 - Tekstslide

Draaisymmetrie
De kleinste draaihoek kan je berekenen door:
360: het aantal draaiingen. 

Dus in dit geval:
360:3=120 graden

Slide 11 - Tekstslide


DRAAISYMMETRIE
Wat is de kleinste draaihoek?
A
60°
B
90°
C
120°
D
180°

Slide 12 - Quizvraag

Welk(e) eigenschap(pen)
heeft deze figuur?
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 13 - Quizvraag

Wat voor symmetrie heeft dit figuur?
A
Lijnsymmetrie
B
Draaisymmetrie
C
Geen symmetrie
D
Zowel lijn- als draaisymmetrie

Slide 14 - Quizvraag

onderwerpen
Lijnsymmetrie
Draaisymmetrie
Puntsymmetrie
Bijzondere driehoeken
Bijzondere vierhoeken
Verschillende hoeken

Slide 15 - Tekstslide

Puntsymmetrie
Het figuur blijft gelijk wanneer je alle punten in één punt spiegelt


Slide 16 - Tekstslide

Puntsymmetrie
Het figuur blijft gelijk wanneer je alle punten in één punt spiegelt
Centrum

Slide 17 - Tekstslide

Puntsymmetrie
Het figuur blijft gelijk wanneer je alle punten in één punt spiegelt
Centrum
Altijd draaisymmetrisch over een hoek van 180º

Slide 18 - Tekstslide

Havo- Spiegelen in een punt
1. Teken een lijn van elk hoekpunt door het punt
2. 

Slide 19 - Tekstslide

Havo- Spiegelen in een punt
1. Teken een lijn van elk hoekpunt door het punt
2. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (zelfde afstand) (en benoem deze)
3. 

Slide 20 - Tekstslide

Havo- Spiegelen in een punt
1. Teken een lijn van elk hoekpunt door het punt
2. Teken het spiegelbeeld van elk hoekpunt (zelfde afstand) (en benoem deze)
3. Teken de lijnstukken

Slide 21 - Tekstslide

onderwerpen
Lijnsymmetrie
Draaisymmetrie
Puntsymmetrie
Bijzondere driehoeken
Bijzondere vierhoeken
Verschillende hoeken

Slide 22 - Tekstslide

Bijzondere driehoeken

Slide 23 - Tekstslide

De som van ALLE hoeken in een driehoek is gelijk aan...
A
...90 graden
B
...100 graden
C
...180graden
D
...360 graden

Slide 24 - Quizvraag

Een schets maken

Slide 25 - Tekstslide

Een schets maken

Slide 26 - Open vraag

onderwerpen
Lijnsymmetrie
Draaisymmetrie
Puntsymmetrie
Bijzondere driehoeken
Bijzondere vierhoeken
Verschillende hoeken

Slide 27 - Tekstslide

Vierhoeken, parallellogram

Slide 28 - Tekstslide

Bij een parallellogram :
A
Zijn de overstaande zijden gelijk
B
Zijn de hoeken aan hetzelfde been even groot
C
Staan de diagonalen loodrecht op elkaar
D
Zijn alle hoeken samen 180 graden.

Slide 29 - Quizvraag

Ruit
  • Eigenschappen parallellogram gelden ook voor een ruit
  • Diagonalen zijn symmetrieassen van de ruit
  • Diagonalen staan loodrecht op elkaar

Slide 30 - Tekstslide

Ruit

Slide 31 - Tekstslide


Van een ruit...
A
... is één diagonaal de symmetrieas
B
... zijn twee diagonalen de symmetrieassen

Slide 32 - Quizvraag

Ruiten:
A
de diagonalen staan loodrecht
B
de diagonalen staan niet loodrecht

Slide 33 - Quizvraag

onderwerpen
Lijnsymmetrie
Draaisymmetrie
Puntsymmetrie
Bijzondere driehoeken
Bijzondere vierhoeken
Verschillende hoeken

Slide 34 - Tekstslide

Verschillende hoeken.
Rechte hoek --> 90 graden
Gestrekte hoek --> 180 graden
Overstaande hoeken --> overstaande hoeken even groot.
Hoekensom driehoek --> hoeken samen 180 graden
Basishoeken --> beide hoeken even groot
F-hoeken --> binnenste hoeken even groot
Z-hoeken --> binnenste hoeken even groot

Slide 35 - Tekstslide

Een rechte hoek is 90°

Slide 36 - Tekstslide

De hoekensom in een driehoek is 180°

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

∠A1 en ∠C1 zijn Z-hoeken    

Slide 39 - Tekstslide

Driehoek PQR is een gelijkbenige driehoek

Slide 40 - Tekstslide

Overstaand
Overstaand
Overstaand
Overstaand

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

(hoekensom)
(hoekensom)
(gestrekte hoek)
(hoekensom)

Slide 43 - Tekstslide

Hoe groot is hoek B4?
A
Kun je niet weten
B
51 graden
C
360 graden
D
129 graden

Slide 44 - Quizvraag

Deze hoeken A noemen we ....
A
Z-hoeken
B
Zigzaghoeken
C
Tegenovergestelde hoeken
D
Dezelfde hoeken

Slide 45 - Quizvraag

De hoeken A noemen we...
A
Evenwijdige hoeken
B
Dezelfde hoeken
C
f-hoeken
D
Z-hoeken

Slide 46 - Quizvraag

Rechthoekige driehoek ABC .
Hoek A is 35 graden
Hoe groot zijn de andere hoeken
A
100 en 45
B
90 en 55
C
80 en 65
D
110 en 35

Slide 47 - Quizvraag

Hoek T 2=131 °.
Bereken hoek R1

Slide 48 - Open vraag

Bereken hoek S1
A
40 graden
B
80 graden
C
140 graden
D
180 graden

Slide 49 - Quizvraag