'le camping'

Unité 6 Spreekvaardigheid

Ik kan me in het Frans redden op een camping: ik kan een campingplek reserveren en vragen naar verschillende voorzieningen op de camping

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Unité 6 Spreekvaardigheid

Ik kan me in het Frans redden op een camping: ik kan een campingplek reserveren en vragen naar verschillende voorzieningen op de camping

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen: le camping
  • Ik kan mijzelf en anderen voorstellen
  • Ik kan op een eenvoudige manier groeten en afscheid nemen.
  • Ik kan de tijd aangeven en begrijpen.
  • Ik kan vragen naar openingstijden, mogelijkheden om iets te huren.
  • Ik kan vragen naar activiteiten, excursies.
  • Ik kan reserveren, bijv. voor de tennisbaan of het campingrestaurant.
  • Ik kan vragen naar een campingplek.
  • Ik kan mijn voorkeuren aangeven, bijv. w.b. de campingplek, schaduw/zon, electriciteit.
.

Slide 2 - Tekstslide

Au camping: 
bekijk het filmpje en beantwoord de vragen

Slide 3 - Tekstslide

8

Slide 4 - Video

00:40
"J'ai une réservation
pour 3 nuits"
Wat verwacht je dat
de vrouw gaat vragen?

Slide 5 - Woordweb

00:55
Wat betekent
'Pouvez-vous m'épeler, s'il vous plaît?'

Slide 6 - Woordweb

00:59
Beantwoord de vraag:
Quelle est votre date de naissance?
(gebruik een hele zin)

Slide 7 - Open vraag

01:43
Wat kost 'un emplacement pour une personne'?

Slide 8 - Open vraag

02:23
Wat betekent:
Je vais vous montrer où vous pouvez vous installer?
A
Lus jij walvis rauw of gepeld?
B
Zal ik u uw plek laten zien?
C
Hoeveel vierkanten passen er in een cirkel?
D
Ken jij de tante van de binnenvaartsschipper?

Slide 9 - Quizvraag

02:26
Vanaf nu komen een paar vragen en onderwerpen aan bod. Onthoud welke onderwerpen dit zijn ...
(niet alles is even goed verstaanbaar)

Slide 10 - Tekstslide

04:10
welke onderwerpen
kwamen nog aan bod?

Slide 11 - Woordweb

04:20
Hoe heet dit spel trouwens?
A
jeu de boules
B
pétanque
C
jeter les boules
D
jouer au boules

Slide 12 - Quizvraag

Maken
Oefening 6, 7, 9 en 10

Slide 13 - Tekstslide