● De meer dan 12 miljoen migranten uit Europa kwamen vanaf 1820 af op de beschikbaarheid van land en werk, en op meer vrijheid of het avontuur. De ontwikkeling van het stoomschip maakte de oversteek over de Atlantische Oceaan mogelijk. Je noemt hun nakomelingen Euro-Amerikanen.
● Door de _________satie bereikte het aantal immigranten uit E____ rond 1900 een hoogtepunt. Ze vestigden zich vooral in de steden, in de buurt van de fabrieken. Het aantal migranten uit Zuid- en Oost-Europese landen was sterk toegenomen, terwijl het aandeel Noord- en West-Europeanen juist afnam.
● Na de afschaffing van de slavernij trokken veel Afro-Amerikanen vanuit de verarmde zuidelijke staten in noordelijke en westelijke richting. Ze vestigden zich voornamelijk in stedelijke gebieden om daar in de industrie te werken. Deze Great Migration verving in deze gebieden de immigratiegolf vanuit Europa, die tot stilstand was gekomen.
● Na de Tweede Wereldoorlog nam de buitenlandse migratie weer toe, maar nu vanuit ____ en _____-Amerika. Dit zijn nog steeds de belangrijkste herkomstgebieden. Hierbij gaat het zowel om migranten uit een hoge als een lage sociaal-economische klasse en zowel om legale als om illegale migranten. De meeste Aziaten en hispanics vestigen zich tegenwoordig mede vanwege de geografische nabijheid in de zuidelijke en westelijke staten van de VS.
● Vanwege de lange migratiegeschiedenis heeft bijna iedere inwoner van de VS direct of indirect via familiebanden te maken met migratie. De invloed van de migratie op de Amerikaanse samenleving is groot, vooral in de steden.