5.4 het zenuwstelsel

Het doel
5.4.6 Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.

Zintuigcellen geven impulsen door aan zenuwen. De zenuwen geleiden de impulsen naar de hersenen. De hersenen sturen impulsen naar spieren en klieren.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het doel
5.4.6 Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.

Zintuigcellen geven impulsen door aan zenuwen. De zenuwen geleiden de impulsen naar de hersenen. De hersenen sturen impulsen naar spieren en klieren.

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een zintuig?
A
Een verandering in de omgeving
B
Elektrische signalen die door zenuwen naar de hersenen worden geleid
C
Een orgaan dat reageert op prikkels
D
De verwerking van impulsen die van de zintuigen komen

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een prikkel?
A
Een verandering in de omgeving
B
Een elektrisch signaal
C
Een zintuig
D
Een waarneming

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een Impuls?
A
Een verandering in de omgeving
B
Een seintje van je zintuig
C
Een speciaal orgaan
D
Een prikkel

Slide 4 - Quizvraag

Wat vangen de zintuigcellen in je zintuigen op?
A
Impulsen
B
Zenuwen
C
Prikkels
D
Licht

Slide 5 - Quizvraag

Match de prikkel met het juiste zintuig.
Druk-
zintuig
Evenwichts-
zintuig
Smaak-
zintuig
Gezichts-
zintuig
Tastzintuig
Druk
Licht
Zwaarte-
kracht
Smaak
Lichte aanraking

Slide 6 - Sleepvraag

Zet in de juiste volgorde!
prikkel
zintuig
impuls
zenuw
hersenen
waarneming

Slide 7 - Sleepvraag

Benoem de onderdelen
Oorschelp
Gehoorgang
Trommelvlies
Gehoorbeentjes
Slakkenhuis

Slide 8 - Sleepvraag

Benoem de onderdelen
lens
pupil
netvlies
harde oogvlies
vaatvlies
Glasachtig lichaam
hoornlvlies

Slide 9 - Sleepvraag

Zenuwstelsel
  • Bestaat uit het centrale zenuwstelsel en zenuwen.
  • Het centrale zenuwstelsel bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg.

Slide 10 - Tekstslide

Het zenuwstelsel heeft twee functies:
• Verwerken van de impulsen die van de zintuigen afkomen
• Regelen van de werking van spieren en klieren

! Een klier is een orgaan dat bepaalde stoffen produceert, bijvoorbeeld zweetklieren, talgklieren en speekselklieren.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en uit zenuwen
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Wat is geen onderdeel van het zenuwstelsel?
A
Hersenen
B
Bekken
C
Ruggenmerg
D
Zenuwen

Slide 15 - Quizvraag

Een van de functies van het zenuwstelsel is het verwerken van impulsen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Een van de functies van het zenuwstelsel is het regelen van de werking van spieren en klieren.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Welk onderdeel van het zenuwstelsel is geen onderdeel van het centraal zenuwstelsel
A
Ruggenmerg
B
Grote hersenen
C
Hersenstam
D
Zenuwen

Slide 18 - Quizvraag

Zet in de juiste volgorde:
Prikkels, worden opgevangen door
door het
. Deze sturen
naar de
, waardoor je
De hersenen maken impulsen die eerst 
via de
naar de
en
gaan.
waarneemt. Hierdoor kun je er op reageren.
ruggenmerg
klieren
spieren
hersenen
zenuwen
zintuigen
impulsen

Slide 19 - Sleepvraag