De ochtend van woensdag 16 oktober 1793 was mild, met een lichte nevel. In een eenvoudige witte jurk, het haar kortgeknipt en de handen vastgebonden, verliet Marie Antoinette tegen elf uur ’s ochtends de Conciergerie. Heel Parijs was op de been om de stoet te zien. De mensen die zich verdrongen op de balkons en op de daken joelden en schreeuwden beledigingen naar de koningin, die de verpersoonlijking van het kwaad was geworden. Volgens een ooggetuige liet zij kalm haar blik glijden over de enorme menigte die ‘leve de Republiek’ schreeuwde. Er was slechts één moment dat ze haar emoties toonde, bij het zien van het paleis van de Tuilerieën. Maar toen ze bij het schavot kwam, hernam ze zich en herwon ze haar kalmte. De executie werd door een getuige zo beschreven: ‘Om kwart over twee precies viel haar hoofd en de beul toonde het aan het volk, dat uitbarstte in gejuich: ‘Leve de Republiek, leve de vrijheid!’