mask w2 les 3

Mask w2 Les 3
H1 t/m 3
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Mask w2 Les 3
H1 t/m 3

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Veranderd de cultuur van een land wel eens?
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quizvraag


Socialiserende instituties zijn mensen en instanties die bijdragen aan cultuuroverdracht. noem er één:

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Najib Amhali zegt dat hij een discriminatiedag wil invoeren. Meent hij dat?
A
Ja, hij denkt dat het oplucht
B
Ja, hij vindt discriminatie niet erg
C
Nee, het is cabaret, dus hij overdrijft
D
Nee, maar hij vindt wel dat je je niet druk moet maken

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Jochem Myjer heeft het over accenten uit verschillende provincies. Zij zijn kenmerken van:
A
De dominante cultuur
B
Socialiserende instituties
C
Subculturen
D
Discriminatie

Slide 9 - Quizvraag

Wat is socialisatie?

A
Opvoeding - cultuuroverdracht
B
Aangeboren eigenschappen
C
Ervaringen
D
Automatiseren van aangeleerde normen en waarden

Slide 10 - Quizvraag

Migratie betekent verhuizen naar een ander gebied.
Immigratie betekent:
A
Dat iemand zijn / haar land verlaat
B
Dat iemand in Nederland komt wonen
C
Het land besproeien met water
D
Dat je erg boos wordt om iets

Slide 11 - Quizvraag

iemand die zelf, of één van de ouders, in het buitenland geboren is noemen we:
A
Een autochtoon
B
Iemand met een migratie-achtergrond
C
Een transatlanticus
D
Een Emigrant

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Je voelt je verbonden met een groep omdat je dezelfde kenmerken of gewoonten hebt. Dit is:
A
Identificatie
B
Dominante cultuur
C
Groepsidentiteit
D
Pluriformiteit

Slide 14 - Quizvraag

Als iemand vlucht voor onderdrukking door een dictator, dan had iemand een ............. motief om hier te komen wonen
A
Economisch
B
Sociaal
C
Politiek

Slide 15 - Quizvraag

Waaraan herken je een pluriforme samenleving? In de samenleving zijn verschillende:
A
Normen en waarden
B
Leefstijlen en gewoonten
C
Geloofsrichtingen
D
Geschiedenis- achtergronden

Slide 16 - Quizvraag

H2 De pluriforme samenleving

Slide 17 - Tekstslide

Het bestaan van grote culturele verschillen binnen een land.
A
Tolerantie
B
Culturele diversiteit
C
Wij-cultuur
D
Ik-cultuur

Slide 18 - Quizvraag

Iedereen is voor de wet gelijk, discriminatie, om welke reden dan ook, is verboden.

Slide 19 - Open vraag

Dat je accepteert dat groepen mensen anders leven dan jij en andere opvattingen hebben is:
A
Pluriformiteit
B
Diversiteit
C
Groepsidentificatie
D
Tolerantie

Slide 20 - Quizvraag

Er zijn twee reden voor de groei van het aantal mensen met een migratie-achtergrond in Nederland. Welke 2?

Slide 21 - Open vraag

Andere naam voor arbeidsmigrant in de jaren 60/70?

Slide 22 - Tekstslide

Andere naam?
A
Mensen met een migratie-achtergrond
B
Gastarbeider
C
Economische vluchteling
D
Expat

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Gezinshereniging is dat iemand:
A
zijn gezin laat overkomen uit het land dat hij heeft verlaten
B
Een nieuwe partner zoekt in het buitenland en ze dan in Nederland gaan wonen

Slide 25 - Quizvraag

Het foute antwoord bij de vorige vraag is een beschrijving van:
A
Gezinsvorming
B
Vrouwenhandel
C
Emigratie
D
Politieke motieven

Slide 26 - Quizvraag

Dat er strenge regels zijn over wie er in Nederland mag komen wonen noemen we een:
A
Europees verdrag van de rechten van de mens
B
Restrictief toelatingsbeleid
C
Soepel toelatingsbeleid
D
Vluchtelingenverdrag van Genève

Slide 27 - Quizvraag