Poster 4

woorden
zich bevinden
signaal
achterhalen
buitengewoon
uitrusting
misverstand
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

woorden
zich bevinden
signaal
achterhalen
buitengewoon
uitrusting
misverstand

Slide 1 - Tekstslide

Zich bevinden = daar zijn
De WC bevindt zich waarschijnlijk op de eerste verdieping. Hier beneden is er geen.

Waar bevindt zich het postkantoor op deze plattegrond? Wijs het eens aan.

Slide 2 - Tekstslide

Het signaal = teken dat er iets gaat gebeuren of dat je iets moet doen
De conducteur geeft het signaal dat de trein kan vertrekken. Hij blaast op zijn  fluit.
De schoolbel is het signaal dat alle kinderen naar huis mogen.
De trein vertrekt na het fluitsignaal.

Slide 3 - Tekstslide

Achterhalen = iets of iemand vinden
Aukje probeert het telefoonnummer van Louise te achterhalen. Ze zoekt op het internet.

We weten niet wat dit woord betekent. Zelfs met het woordenboek kunnen we de betekenis niet achterhalen.

Slide 4 - Tekstslide

Buitengewoon = anders dan normaal
Dit is voor ons een buitengewone vakantie. We gaan altijd met de auto, maar nu zijn we met het vliegtuig gegaan.

Mathijs heeft voor zijn toets een buitengewone score behaald. Normaal haalt hij net een voldoende, maar nu heeft hij een negen.
Met een stok over een lat springen op 6 meter hoogte is een buitengewone prestatie.

Slide 5 - Tekstslide

De uitrusting = spullen die je voor iets nodig hebt
Bij de uitrusting van een duiker hoort in ieder geval een duikbril.

Iedereen moet de volgende uitrusting hebben: een slaapzak, wandelschoenen en een zaklantaarn.
Een duikuitrustig bestaat uit heel veel spullen.

Slide 6 - Tekstslide

Het misverstand = je begrijpt elkaar niet goed
Door een misverstand kwam mevrouw Vries te laat. Zij had een verkeerde tijd in haar agenda geschreven.

Als je met iemand een misverstand hebt, dan heb je die persoon verkeerd begrepen.
Met een bizon op je rug is het zwaar fietsen. Je kunt beter een drinkflesje (bidon) meenemen.

Slide 7 - Tekstslide

Welk woord past het beste in de zin?
Bij ... van een duiker hoort in ieder geval een duikbril.
A
het signaal
B
het misverstand
C
de uitrusting
D
zich bevinden

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent "buitengewoon"?
A
iets of iemand vinden
B
anders dan normaal
C
je begrijpt elkaar niet goed
D
daar zijn

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord hoort bij de volgende betekenis?
"iets of iemand vinden"
A
achterhalen
B
zich bevinden
C
het misverstand
D
de uitrusting

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent 'zich bevinden'?
A
verdwaald zijn
B
op een plek zijn
C
rijden
D
iets ergens van vinden

Slide 11 - Quizvraag

De bus toetert dat je aan de kant moet gaan. Wat hoort bij het woord toeteren?
A
achterhalen
B
uitrusting
C
zich bevinden
D
een signaal

Slide 12 - Quizvraag

Normaal werd hij altijd laatste op de wedstrijd, maar vandaag werd hij eerste! Welk woord past hierbij
A
buitengewoon
B
een signaal
C
achterhaald
D
zich bevinden

Slide 13 - Quizvraag