METHW-P6-W5/6

• Methodisch werken
• MBO
• Studiejaar 2

methodisch werken

Methodieken binnen SD

8-fasen model

Empowerment

systemisch werken

motiverende gespreksvoering

oplossingsgericht werken

8-fasen model

Hulpverleningsmethodieken nieuwe stijl: versterken de eigen mogelijkheden en zelfredzaamheid van de cliënt en bevorderen de participatie, de deelname aan de samenleving.

Geschikt voor woonvormen of ambulante begeleiding; vrouwenopvang, daklozen, ouderen --> in de kracht zetten van cliënt

Doel

Het gaat om een stapsgewijze individuele begeleiding, waarbij de kwaliteiten, het netwerk en de vraag van de cliënt centraal staan op meerdere levensgebieden.

Te gebruiken instrumenten

• Leefgebiedenwijzer
• Persoonsbeschrijving
• Ondersteuningsplan
• Evaluatieformulier
  
• Uitcheckformulier

Geschikt voor

(Jong) volwassen mensen met hulpvragen op meerdere leefgebieden. Daarbij is de interventie bedoeld voor zowel mensen met lichte problematiek als mensen met Multi problematiek. De interventie is geschikt voor vrouwen, mannen,

autochtonen, migranten, jongeren en ouderen.

Leefgebieden:

1. wonen
2. dagbesteding
3. financiën
4. lichamelijke gezondheid
5. psychisch functioneren
6. praktisch functioneren
7. sociale contacten
8. zingeving

Empowerment

Het vinden en vergroten van de eigen kracht en capaciteiten van de cliënt

Empowerment is een bewustwordingsproces. Het gaat erom dat de mens probeert bij zijn eigen potentieel (kracht) te komen en die te activeren.

Mensen met empowerment

snappen dat ze de mogelijkheid om hun houding te veranderen, helemaal in eigen hand hebben.

accepteren het niet als anderen hen intimideren.

laten zich niet langer betuttelen door de omgeving.

weten vaak als geen ander dat een relatie niet altijd prettig en volgens verwachting verloopt.

durven de angst van henzelf en anderen onder ogen te komen.

stappen met een gerust en goed gevoel op de ander af.

maken zich geen (of nauwelijks) zorgen over de problemen die op hun pad komen. Ze proberen deze stap voor stap op te lossen.

accepteren geen dominant gedrag van een ander en zullen er zelf ook zorg voor dragen, niet dominant naar de ander toe te zijn.

durven weer risico’s te nemen door zelf weer beslissingen te nemen in hun leven.

vergroten hun eigen waarde.

geloven weer in zichzelf.

maken afspraken met zichzelf die ze ook na willen komen.

Uitgangspunten

• Je hebt een uitnodigende houding en staat open voor ideeën van de cliënt.
  
• Je bent nieuwsgierig: je vraagt naar positieve ervaringen en stappen die de cliënt heeft gezet. Je vraagt daarop door.
  
• Je ondersteunt de cliënt bij het formulieren van concrete, haalbare doelen.
  
• Je stimuleert de cliënt kennis, vaardigheden, capaciteiten en sociale contacten (verder) te ontwikkelen

Oplossingsgericht werken

Ligt in de lijn van empowerment

Je gaat als begeleider kijken naar de sterke punten van de cliënt. De cliënt zelf is deskundige op het gebied van zijn eigen probleem én heeft de sleutel tot de oplossing.

Doelgroep

Oplossingsgericht werken is er voor mensen die zich niet meer in staat voelen om zelf, of met hulp van mensen in hun omgeving, hun problemen te hanteren.

Dat wil zeggen: hun eigen oplossend vermogen schiet tekort. Dit probleem, een tekortschietend eigen vermogen, heeft de volgende kenmerken.

Verlies aan eigen kracht; iemand acht zichzelf niet meer in staat om zelfstandig of met hulp vanuit zijn directe omgeving de problemen tegemoet te treden. Hij kan niet meer voldoen aan de eisen en verwachtingen die aan hem gesteld worden.

Verlies van copingvaardigheden; men ervaart dat men kennis en vaardigheden mist om de problemen te hanteren.

Verlies aan zelfbeschikking; men wordt zo bepaald door de problemen dat men de greep op (een deel van) het leven kwijt raakt.

Aanpak

Een methodische en gestructureerde manier van bevragen van de cliënt zodat deze in staat is om:

• te bepalen wat zijn probleem is en een andere kijk daarop te ontwikkelen
  
• zich bewust te worden van zijn interne en externe hulpbronnen
  
• zijn doelen concreet en in detail te formuleren
  
• hoop en vertrouwen te ontwikkelen
  
• zelfbedachte stappen te zetten om de situatie te verbeteren
  
• zelf te bepalen wanneer hij zonder professionele hulp verder kan

Voorbeeldvragen:

Hoe weet u dat u op de goede weg zit?

Wat zou u nog het meest helpen?

Hoe is dat gelukt denkt u?

Systemisch werken

De grondleggers van Systemisch werken gaan ervan uit dat veel van onze (onbewuste) overtuigingen, patronen en gedragingen hun oorsprong vinden in de systemen waarin we zijn opgegroeid, waarin we leven en werken. Systemisch werken is een manier om inzicht te krijgen in je plek in een systeem. 

Uitgangspunten

• Wat er in een systeem allemaal gebeurt en de plaats die jij erin inneemt, bepalen ( vaak onbewust) wat je doet en waarom.
  
• Heeft te maken met de communicatie , de onderlinge relaties en het gevoel van veiligheid of juist onzekerheid.
  
• Gaat er iets mis in het leven van een cliënt dan neemt diegene vaak zijn hele systeem mee.
  
• De emotionele problemen van een cliënt kunnen voortkomen uit het gezin.
  

Werkwijze

• Proberen inzicht te krijgen in relaties binnen het systeem.
  
• Zoek naar leden uit het bepaalde systeem die vooruitgang blokkeren of juist mogelijk kunnen maken.
  
• Systemisch werken kan leiden tot acceptatie, maar biedt ook een sleutel tot oplossingen.
  
• Gesprekken kunnen individueel plaatsvinden maar ook samen met het hele gezin.
  

Motiverende gespreksvoering

Doel van de methode Motiverende gespreksvoering is het op gang brengen van gedragsverandering bij cliënten, via het ontwikkelen van de motivatie

De doelgroep bestaat uit cliënten die gedragsverandering overwegen of voor wie gedragsverandering kan bijdragen aan het behalen van doelen.

 

In deze methodebeschrijving gaat het vooral om toepassing in de sociale sector, zoals bij activering, de aanpak van huiselijk geweld, de maatschappelijke opvang en het maatschappelijk werk. 

1

In de eerste fase staat het ontwikkelen van de motivatie van de cliënt om te veranderen centraal. Als de motivatie genoeg ontwikkeld is, start fase 2.

2

De tweede fase richt zich op het versterken van de betrokkenheid bij veranderingen en op het ontwikkelen van een plan om de verandering te realiseren.

In de eerste fase staat het ontwikkelen van de motivatie van de cliënt om te veranderen centraal. Dit wordt gedaan met behulp van verschillende gesprekstechnieken. Er is in deze fase vooral aandacht voor het verkennen van de ambivalentie van de cliënt (die aan de ene kant wel maar tegelijk ook níet wil veranderen) en het uitlokken van taal gericht op verandering bij de cliënt. Als de motivatie genoeg ontwikkeld is, gaat de hulpverlener over naar de tweede fase.

De tweede fase richt zich op het versterken van de betrokkenheid bij veranderingen en op het ontwikkelen van een plan om de verandering te realiseren. De cliënt wordt door het stellen van vragen gestimuleerd zijn of haar eigen wensen en plannen te bedenken. Eén van de belangrijkste elementen is de coöperatieve aard van de relatie tussen hulpverlener en cliënt

Aan het werk

 Maak lesbrief week 5