3k-3-3.3

3.3 Kruisingen

Op tafel:
Boek A blz. 181




1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.3 Kruisingen

Op tafel:
Boek A blz. 181




Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Nakijken
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Volgende keer

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken

Blz. 172: 1, 2, 4, 6
Blz. 177: 1, 2, 4, 5

Slide 3 - Tekstslide

Gen: bloemkleur
Allel: wit / rood
Fenotype (uiterlijk)
Homoz./heteroz.
Dominant/recesief
Genotype (letter Aa)

Slide 4 - Sleepvraag

Leerdoelen
- Je stelt een kruisingsschema op.
- Je leidt bij een gegeven kruising genotypen en fenotypen van ouders en/of nakomelingen.

Slide 5 - Tekstslide

Vraag
Bij honden is het allel voor een zwarte vacht (A) dominant over dat voor een witte vacht (a). Een homozygoot zwart mannetje (AA) krijgt nakomelingen met een homozygoot wit vrouwtje (aa).

Welke vachtkleur hebben de nakomelingen? En de kinderen hiervan weer? 

Slide 6 - Tekstslide

Afkortingen

P = De ouders
F1 = de kinderen van deze ouders
F2 = de kinderen van de kinderen

Slide 7 - Tekstslide

1. Schrijf op over welk gen het gaat
2. Schrijf op welk allel dominant/recessief is

Bij honden is het allel voor een zwarte vacht (A) dominant over dat voor een witte vacht (a). Een homozygoot zwart mannetje (AA) krijgt nakomelingen met een homozygoot wit vrouwtje (aa).
Gebruik 2 kleuren:
Blauw = man
Rood = vrouw

Slide 8 - Tekstslide

Stap 3: Welke genen zitten in de geslachtscellen

Mannetje = zwart = AA  

       
Vrouwtje = wit        = aa            

Slide 9 - Tekstslide

Stap 4: Welk geno en fenotype heeft de F1?

Slide 10 - Tekstslide

Stap 5: Welk geno en fenotype heeft de F2?

Een van de dieren uit F1 kruisen met een dier met hetzelfde genotype. Dus 2 dieren met Aa!

Slide 11 - Tekstslide

Welk(e) allelen kun/kunnen er voorkomen in de geslachtscellen?
Aa
A
A
B
a
C
A of a

Slide 12 - Quizvraag

A
A
a
a
AA
Aa
aa
Aa

Slide 13 - Sleepvraag

Wat is de kans dat de eerste nakomeling een witte vacht heeft?
A
25%
B
50%
C
75%
D
100%

Slide 14 - Quizvraag

Oefenen:
Honden: een heterozygoot mannetje met een lange staart (Aa) krijgt nakomelingen met een vrouwtje met een korte staart (aa). 

Hoe groot is de kans dat de eerste nakomeling van de F1 een lange staart heeft?

Slide 15 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat: Maken opdrachten op blz. 185: 1, 2, 4, 5
Hoe: papieren boek, overleggen met buur
Tijd: tot 5 minuten voor het einde van de les
Klaar: Nakijken. Samenvatting maken.

Slide 16 - Tekstslide