BGE: Duties

-Reading duties
-Vocabulary duties
-Speaking duties
-Grammar duties






Finish unit 2; duties


BGE: 
Duties
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

-Reading duties
-Vocabulary duties
-Speaking duties
-Grammar duties






Finish unit 2; duties


BGE: 
Duties

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's class
-Vocabulary quiz!
-We will complete the handout: duties


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quiz!

-During this quiz, each (right) question will give you fake cash.
-Spend the cash you've earned in the shop or keep your cash.

Most cash after 10 minutes = the winner.

Slide 3 - Tekstslide

Speaking task 5
Unit 2: duties
1. What usually causes you the most stress? Is that mostly work-related or something else?



2. Pick at least two questions and talk about them in a small group of 4 students.

a. What kind of behaviour/situations can you accept and tolerate and what can 
make you feel stressed or uncomfortable?
b. Talk about a stressful situation that you recently experienced at school or work. 
How did you handle it?
c. Have you ever had a frustation and/or impatience when dealing with other people?
What triggers you in such situations?
d. Talk about a stressful situation that you were able to handle well.
e. Talk about a stressful situation that weren't able to handle. What happened?
How stress-resistant are you?
rate yourself on a level from 1 to 10.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Listening task 
Unit 2: duties
1. Listen to the fragment (2.27) and answer the questions:




Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speaking task 6, find the synonyms
Unit 2: duties
1. Fill in the table:






2. Can you think of any other words to describe
'policy' for instance?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Handout 
Unit 2: Duties
Now complete the exercises:
Task 1, 2, 7, 8, 9, 10, 11, 14, 16

Skip exercises 12, 13, 15 for now!
you will complete these later.




Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammar
Unit 2: duties: Exercise 12/13/14
Present continuous:
Gebruikt als iets nu nog aan de gang is of nu gebeurt. Bijv. ook
als het in de nabije toekomst gaat plaatsvinden met zekerheid.
Formule: verplichte vorm van to be (Am/is/are)

They/we/you ARE leaving the building now. (gaan nu weg).
I AM SEEING him this afternoon (nabije toekomst).
He/she/it IS LOOKING at the robbers quite angrily. 

Past continuous:
Gebruikt om aan te geven dat in het verleden iets gaande was wat een tijd heeft geduurd. Belangrijk is dat het op dit moment volledig klaar is.

Hierbij maak je gebruik van een verplicht werkwoord van to be: was/were + WW+ING
He WAS DOING his rounds. 
They WERE WATCHING the CCTV footage for about an hour.




Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammar
Unit 2: duties: Exercise 12/13/14
Question tags:
Als je bevestiging nodig hebt kun je gebruik maken van een aanplakkende
vraag. Deze question tags hebben een aantal specifieke regels:

Er is een bevestigend (positief) en een ontkennend (negatief) deel van de zin.

You are listening, aren't you? (zinsdeel 1 is bevestigd en dus zal het laatste deel na de komma altijd ontkennend zijn. Let op hoe het werkwoord ARE hetzelfde blijft, alleen nu in ontkennende vorm.)

We weren't late, were we? (Zinsdeel 1 ontkennend, dus zinsdeel twee bevestiging)

Gebruik zoveel mogelijk hetzelfde werkwoord;
will/won't, are/aren't, do/don't, has/hasn't etc.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammar
Unit 1: the security guard: Exercise 13/14

Now complete the exercises 12/ 13/14


Extra information grammar unit 2 (Go through the slides again for more information):


question tags
Je vraagt om extra bevestiging bij deze grammaticale vorm.
In een zin zit er altijd in dit geval een ontkennend (negatief) en een bevestigd (positief) zinsdeel.

Vb: You are listening, aren't you? (Ik twijfel, dus check het nog even)
of
You aren't listening, are you? (Je zit in je telefoon, dus ik benoem en vraag impliciet om aandacht)
past continuous
Er gebeurde iets in het verleden wat op een bepaald moment bezig was.

Formule: To be (was/were) + WW plus ING 

I WAS WORKING very hard that day.
They WERE RUNNING around crazily.
present continuous
Er gebeurt iets op dit moment, nu aan de gang. Of het is de nabije toekomst.

Formule: WW to be (Am/is/are) + ww plus ING

Look there! They ARE LEAVING the building! (nu)
I AM SEEING him this afternoon. (nabije toekomst) 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homework:
Unit 1: the security guard
Now complete the exercises:
Task 1, 2, 7, 8, 9, 10, 11, 14, 16
 
Not finished?
Homework to be finished by next class;)







timer
30:00

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Writing assignment
Level A2

Task:
Imagine you are a security guard at a local shopping center. Write a short paragraph (100 words) describing your typical day.

Key points to include:
• Your responsibilities: What do you do to keep the shopping center safe?
• Challenges: What are some difficulties you face in your job?
• Rewards: What do you enjoy about being a security guard?

Higher level? Look at the language and the vocabulary you want
to use. Make sure that it differentiates from level A2 vocabulary.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies