In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
H1 wikken en wegen
Slide 1 - Tekstslide
Deze les
Huiswerk bespreken
H1 paragraaf 7 afmaken (klassikaal)
toets voorbereiden
Slide 2 - Tekstslide
Vraag 6
Slide 3 - Tekstslide
Vraag 7
Slide 4 - Tekstslide
Maken
Opdracht 8 en 9
Slide 5 - Tekstslide
Toetsvoorbereiding
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een basisbehoefte?
A
Dingen die je leven leuker of makkelijker maken.
B
Eten, drinken en een supertoffe telefoon
C
Alles wat je nodig hebt om te kunnen leven.
D
Geld en tijd
Slide 7 - Quizvraag
Secundaire behoeften
= luxebehoeften
Niet noodzakelijk
Luxe
Slide 8 - Tekstslide
Je moet prioriteiten stellen omdat:
A
je weinig tijd en geld hebt
B
je niet altijd kan doen wat je leuk vindt
C
je alleen kan doen wat je leuk vindt
D
je alle tijd hebt
Slide 9 - Quizvraag
Wat is prioriteiten stellen?
A
Hoeveel iemand kan kopen
B
In je behoeften voorzien door iets zelf te maken
C
Kiezen welke behoeften voor jou belangrijk zijn
D
In hoeverre je in je behoefte kunt voorzien
Slide 10 - Quizvraag
Welvaart is de mate waarin je in je behoeften kunt voorzien.
Behoeften: Iets wat je graag wilt hebben. Van basis goederen zoals eten en drinken tot aan luxe goederen als een vakantie.
Middel: Hiermee voorzie je in een behoefte. Ook wel producten (goederen of diensten) genoemd.
Schaarste: de spanning in de keuzes die je moet maken om met middelen in behoeften te voorzien.
Slide 11 - Tekstslide
Goederen
Gebruiksgoederen
Verbruiksgoederen
Verbruiksgoed
Gebruiksgoed
Slide 12 - Tekstslide
Mieke koopt van haar zakgeld een snorkel, zodat ze op vakantie kan gaan snorkelen.
Is Mieke een consument?
Is de snorkel een gebruiksgoed/ verbruiksgoed?
Is de snorkel een secundaire behoefte?
Slide 13 - Tekstslide
voobeelden
Koelkast: gebruiksgoed
Kraanwater: verbruiksgoed
Sportauto: gebruiksgoed
Televisie: gebruiksgoed
Fiets: gebruiksgoed
Tandpasta: verbruiksgoed
Brood: verbruiksgoed
Slide 14 - Tekstslide
Consumeren
= Je behoeften bevredigen
Je koopt een goed
Je gebruikt een dienst
Slide 15 - Tekstslide
Een aantal behoeften van Lance wordt bevredigd door een fietstocht. Noem een voorbeeld van de natuur die bijdraagt aan de bevrediging van deze behoefte.
Slide 16 - Open vraag
Collectieve voorzieningen
Een collectieve voorziening is een voorziening die deels of geheel wordt betaald door belastinggeld.
Soms moet je ook betalen voor het gebruik van een collectieve voorziening bijvoorbeeld: parkeergeld of wegenbelasting.
Collectieve voorziening
Slide 17 - Tekstslide
Wat is een collectieve voorziening?
Slide 18 - Open vraag
Wat is een voorbeeld van een collectieve voorziening?
Slide 19 - Open vraag
De Marketingmix: de 6 p's
De marketingmix
Plaats
Prijs
Product
Promotie
Presentatie
Personeel
Slide 20 - Tekstslide
Het merk SmartStart heeft een actie. Je kunt de SmartStart 25M uitproberen voor €7,50 per maand. Na elke maand kun je kiezen om het navigatiesysteem
- Nog een maand voor €7,50 uit te proberen, - Terug te brengen of - Met korting te kopen.
Bij welk marketinginstrumenten hoort de actie van SmartStart?
A
Plaatsbeleid en Productbeleid
B
Productbeleid en Promotiebeleid
C
Promotiebeleid en Prijsbeleid
D
Prijsbeleid en Plaatsbeleid.
Slide 21 - Quizvraag
Wat zijn onderdeel van het productbeleid? Meerdere antwoorden zijn mogelijk!
A
Assortiment
B
Verpakking
C
Kwaliteit
D
Korting
Slide 22 - Quizvraag
Wat verstaan we onder productbeleid?
A
De plaats waar de onderneming is gevestigd
B
Fysieke kenmerken zoals afmeting, kleur geur, verpakking
C
Hoe het product wordt verkocht
D
De wijze waarop het product bij de klant komt
Slide 23 - Quizvraag
Een ondernemer geeft een week lang 10% korting op alle producten in zijn winkel. Dit is:
A
Productbeleid
B
Prijsbeleid
C
Promotiebeleid
D
Plaatsbeleid
Slide 24 - Quizvraag
Max Havelaar
- Kleine boeren in ontwikkelingslanden
- Hogere prijs voor producten
- Tegen armoede in ontwikkelingslanden
Slide 25 - Tekstslide
Betrouwbare informatie?
Partijdig?
Onpartijdig!
Slide 26 - Tekstslide
Consumentenorganisaties
Consumentenorganisaties komen op voor de belangen van de consument.
Ze geven onafhaneklijke, betrouwbare informatie
Slide 27 - Tekstslide
Je zoekt informatie over koptelefoons. Waarom is het verstandig de informatie van de Consumentenbond te gebruiken? Kies het juiste antwoord.
A
De Consumentenbond geeft deskundige en betrouwbare informatie.
B
De Consumentenbond test alleen de beste koptelefoons.
C
De Consumentenbond krijgt geld van bedrijven voor zo’n onderzoek.
D
De Consumentenbond verkoopt heel veel koptelefoon.
Slide 28 - Quizvraag
E-commerce
Het kopen en verkopen van producten via internet
Risico's van online winkelen:
- Niet alle webwinkels zijn betrouwbaar
- Je koopt zonder het product te zien
Slide 29 - Tekstslide
Wat zijn algemene voorwaarden?
Slide 30 - Tekstslide
Retouren
Kopen op internet
Levering binnen 30 dagen
Recht op retour 14 dagen
Meestal kosteloos retour sturen
Slide 31 - Tekstslide
afspraken retour - ondeugdelijk product
Slide 32 - Tekstslide
Bij de webshop van Ajax bestel ik het nieuwe uittenue met achterop mijn naam en het rugnummer 9. Mag ik deze binnen 10 dagen weer retourneren? leg ook uit.
Slide 33 - Open vraag
Soms heb je als consument bedenktijd na een aankoop. Die bedenktijd is ......
A
zeven dagen
B
tien dagen
C
veertien dagen
D
één maand
Slide 34 - Quizvraag
Als je in een gewone winkel iets koopt, heb je geen bedenktijd. Waarom heb je volgens de Wet koop op afstand wel een bedenktijd bij aankopen via internet? Wanneer gaat de bedenktijd in: na het plaatsen van de bestelling of na de levering?
Slide 35 - Open vraag
Keurmerken
milieukeurmerk
Fairtrade
kinderarbeid
Slide 36 - Tekstslide
evenwicht & verschuiven vraag- en aanbodlijn
evenwichtsprijs
prijs waarbij vraag en aanbod gelijk zijn
evenwichtshoeveelheid
aantal producten dat wordt aangeboden
bij de evenwichtsprijs
Slide 37 - Tekstslide
wat is de vraag en het aanbod bij een prijs van €1,50?
Slide 38 - Open vraag
Hoe heeft de vraag en het aanbod invloed op de prijs?
Slide 39 - Open vraag
Wat gebeurd er met de prijs als de vraag daalt en het aanbod stijgt?
A
Prijs stijgt
B
Prijs blijft gelijk
C
Prijs daalt
Slide 40 - Quizvraag
Als het aanbod stijgt en de vraag blijft gelijk, dan ...
Alle vraag en aanbod bij elkaar van bijvoorbeeld bloemen heet: de markt voor bloemen
Slide 42 - Tekstslide
Enkele jaren geleden werden in Duitsland honderden mensen besmet met de EHEC-bacterie en tientallen mensen overleden. De overheid wees kiemgroentes aan als de oorzaak van de uitbraak van de bacterie. Wat gebeurde er op de markt voor kiemgroentes door deze EHEC-bacterie? Welke onderstaande grafiek (a, b, c of d) laat deze situatie zien? Motiveer je antwoord.
Slide 43 - Open vraag
Welke vraag of vragen heb je nog?
Slide 44 - Open vraag
Maak de test jezelf online
Ga naar SOM > leermiddelen > economie > Economisch bekeken MAX leerlinglicentie vmbo bovenbouw 3 vmbo-gt > voeg klascode toe: 312333