30. Thema 4, week 2 Les 6a VROEGER

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
taaklBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

LESDOEL
Ik leer twaalf woorden die met vroeger te maken hebben. Ik weet wat deze woorden betekenen en kan daar opdrachten mee maken.

Slide 2 - Tekstslide

Vind deze woorden in het verhaal.

Slide 3 - Tekstslide

de lei  (twee leien)



een klein schrijfbordje waar kinderen vroeger hun schoolwerk op maakten.

Na de rekenles moest Carla haar lei weer schoonvegen.

Slide 4 - Tekstslide

de griffel (twee griffels)

een soort grijs potlood waarmee je op een lei kunt schrijven.

Met een griffel moet je voorzichtig op de lei schrijven. Een griffel breekt heel snel.

Slide 5 - Tekstslide

de hiëroglief (twee hiërogliefen)


een teken uit de taal van het oude Egypte.

Een  hiëroglief is eigenlijk een pictogram (een plaatje of tekening) dat een woord uitbeeldt.

Slide 6 - Tekstslide

de inscriptie (twee inscripties)

letters die ergens in gegraveerd zijn.





Als mensen trouwen geven ze elkaar een trouwring. In de trouwring staat dan een inscriptie, zoals hun naam en trouwdatum.

Slide 7 - Tekstslide

de mythe (twee mythen / mythes)



verzonnen verhaal dat steeds wordt doorverteld

De Griekse mythen zijn heel bekend, deze verhalen gaan vaak over de goden.

Slide 8 - Tekstslide

ontcijferen
(ontcijferde, heeft ontcijferd)





onduidelijk schrift proberen te lezen.

Ik kan niet lezen wat hier staat. Ik zal het proberen te ontcijferen.

Slide 9 - Tekstslide

de overlevering
(twee overleveringen)






een verhaal dat steeds wordt doorgegeven.

Volgens de overlevering moet op het eiland Schiermonnikoog een schat begraven zijn.

Slide 10 - Tekstslide

de papyrus
(twee papyrussen / papyri)







papier uit de oudheid, gemaakt van een moerasplant.


In het oude Egypte schreven ze voor het eerst op een soort papier. Dat was op een papyrusrol. Hier komt de naam papier vandaan.

Slide 11 - Tekstslide

het perkament









dunne dierenhuid waar vroeger op geschreven werd.

Vroeger schreven monniken op perkament.

Slide 12 - Tekstslide

het schrift (twee schriften)
 









geschreven taal.

De schriften waar jij nu in werkt heet zo, omdat het schrift, geschreven taal betekent. En in een schrift schrijf jij ook.


Slide 13 - Tekstslide

het spijkerschrift










oud schrift waarbij de tekens op spijkers lijken.

Tussen 3300 en 2900 v. Christus vond men het spijkerschrift uit om het schrijven op kleitabletten gemakkelijker te maken. Daarmee werd dit het eerste echte en oudste schrift (geschreven taal) uit de geschiedenis.

Slide 14 - Tekstslide

wie schrijft die blijft












uitdrukking
als je iets geschreven hebt word je niet vergeten

Het is maar goed dat er zoveel is opgeschreven vroeger, daardoor weten wij nog heel veel over de geschiedenis. Want wie schrijft die blijft.

Slide 15 - Tekstslide

TAAL
 Thema 4, week 2
Les 6a


OPGAVE  1d

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link