1.1
1 / 19
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe sta je ervoor met het leren van 4.1
Ik ken nog niets
ik ken de begrippen grotendeels
Ik heb de stof goed geleerd maar nog weinig gemaakt
Ik heb de stof goed geleerd en de opgaven gemaakt
Ik heb naast de opgaven te maken ook al samengevat
Slide 2 - Poll
De IJssel is onderdeel van de
A
Benedenloop van de Maas
B
Middenloop van de Rijn
C
Benedenloop van de Rijn
D
Benedenloop van geen enkele rivier
Slide 3 - Quizvraag
Rivieren in de benedenloop vervoeren meer water dan rivieren in de bovenloop, doordat..
A
Het in de benedenloop meer regent.
B
Er in de benedenloop steeds meer zijrivieren bijkomen.
C
Rivieren in de benedenloop langzamer stromen.
D
Rivieren in de benedenloop meer materiaal vervoeren.
Slide 4 - Quizvraag
Voor rivier A is het verval ........ en het verhang ........... Voor rivier B is het verval .......... en het verhang ...........
A
200 m - 40 m/km; 200 m - 28,6 m/km
B
40m/km - 200m; 28,6 m/km - 200 m
C
200 m - 28,6 m / km; 40m/km - 200 m
D
200 m - 28,6 40 m/km - 200 m - 40 m/km
Slide 5 - Quizvraag
Wat is het 'stroomgebied' van een rivier?
A
Het gebied waar de rivier door stroomt
B
De rivier met al haar vertakkingen
C
Het gebied dat afwatert op een rivier
D
Een stuwmeer waar m.b.v. waterkracht stroom wordt opgewekt
Slide 6 - Quizvraag
Wat is het regiem van een rivier?
A
Hoeveel water er door een rivier stroomt
B
Een ander woord voor debiet
C
De wisselingen in water in een rivier in een jaar
D
De stroomsnelheid van een rivier
Slide 7 - Quizvraag
Het verhang van een rivier is 10m/km. De rivier is 35km lang. Wat is het verval?
A
350 kilometer
B
350 meter
Slide 8 - Quizvraag
Een gemengde rivier is een rivier die ... ?
A
Zijn water krijgt van regen- en smeltwater.
B
Die zowel zoet als brak water heeft.
C
Door twee of meer landen stroomt.
D
Zijn water krijgt van grijs- en zwart water.
Slide 9 - Quizvraag
Wat voor rivier is dit?
A
Regenrivier
B
Gletsjerrivier
C
Gemengde rivier
Slide 10 - Quizvraag
Het regiem van een rivier is....
A
de hoeveelheid water die per minuut een bepaald punt passeert
B
de schommelingen in waterafvoer in een jaar.
C
een soort dam dichtbij de rivier die het water tegenhoudt om te gebruiken voor drinkwater en landbouw en voor het opwekken van stroom.
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist.
Slide 11 - Quizvraag
klimaatverandering zorgt voor een ..... neerslagregiem
Slide 12 - Open vraag
Een plotselinge hoge afvoer van rivierwater is een
Slide 13 - Open vraag
Een doorsnee van een rivier van bron tot de zee heet een
Slide 14 - Open vraag
Deze rivier heeft...
A
Een hoog debiet en een gelijkmatig regiem
B
Een laag debiet en een fluctuerend regiem
C
Een hoog debiet en een fluctuerend regiem
D
Een laag debiet en een gelijkmatig regiem
Slide 15 - Quizvraag
In de middenloop is er vooral: meerder antwoorden zijn juist.
A
transport van sedimenten
B
sedimentatie van grote stenen
C
alleen maar sedimentatie
D
erosie en sedimentatie
Slide 16 - Quizvraag
Waar is het regiem onregelmatiger?
A
Lobith
B
Basel
Slide 17 - Quizvraag
Klimaatverandering, bodemdaling & zeespiegelstijging. Welke uitspraak is fout.
A
Door het wegpompen van water is de bodem door eeuwen (verder) gedaald.
B
Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) verwacht een zeespiegelstijging (26-82 cm)
C
Een onregelmatig neerslagregiem leidt tot een onregelmatiger regiem in Rivieren.
D
Zeespiegelstijging heeft geen gevolgen voor de binnenlandse waterhuishouding.
Slide 18 - Quizvraag
Door klimaatverandering wordt de neerslag onregelmatiger. Dit heeft effect op...
A
het debiet van rivieren
B
het regiem van rivieren
