WI 2V - H3 - LHE

WI 2V - H3 - LHE
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

WI 2V - H3 - LHE

Slide 1 - Tekstslide

H3 - Lineaire formules en vergelijkingen

Slide 2 - Tekstslide

H3 - Lineaire formules en vergelijkingen
De broers John en Karel gaan naar school.
John gaat met de auto. Elke minuut legt hij
450 meter af.

Karel gaat met de fiets. Elke minuut legt hij 300 meter af.
Hij heeft een voorsprong van 6 kilometer. 

Na hoeveel minuten komen ze elkaar tegen?



Slide 3 - Tekstslide

§3.1 - Lineaire formules

Slide 4 - Tekstslide

§3.1A - De grafiek van een lineaire formule
De formule                                is een voorbeeld van een lineaire formule.

Lineair betekent 'rechtlijnig', en betekent dat de grafiek van deze formule een rechte lijn is.



y=121x3

Slide 5 - Tekstslide

§3.1A - De grafiek van een lineaire formule
Ik wil de formule van                                    tekenen in een assenstelsel

Hiervoor moet ik een aantal 
punten op de lijn weten.

Hoeveel punten moet ik
dan hebben?


y=121x3

Slide 6 - Tekstslide

§3.1A - De grafiek van een lineaire formule



Wij moeten dus 2 punten vinden
die op de lijn liggen.
Hiervoor maken wij een tabel:

y=121x3
x
y

Slide 7 - Tekstslide

§3.1A - De grafiek van een lineaire formule



Wij moeten dus 2 punten vinden
die op de lijn liggen.
Hiervoor maken wij een tabel:

y=121x3
x
y

Slide 8 - Tekstslide

§3.1A - De grafiek van een lineaire formule



Daarnaast wil ik onderzoeken of het punt
A(18 , 26) op deze lijn ligt.

Dat kun je doen door het punt in te vullen
in de formule.

y=121x3

Slide 9 - Tekstslide

Zelfwerkzaamheid
Maak:
3.1 A

Voorkennis overslaan!

Slide 10 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Zie de onderstaande twee formules:




Dit zijn twee voorbeelden van lineaire formules






y=2x+1
y=3x5

Slide 11 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Zie de onderstaande twee formules:




Dit zijn twee voorbeelden van lineaire formules
Elke lineaire formule heeft altijd de vorm 





y=2x+1
y=3x5
y=ax+b

Slide 12 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b


Wat is de waarde van a ?                                            Wat is de waarde van a ?
Wat is de waarde van b ?                                            Wat is de waarde van b ?
y=3x1
y=2x+5

Slide 13 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b


Wat is de waarde van a ?                                            Wat is de waarde van a ?
Wat is de waarde van b ?                                            Wat is de waarde van b ?

a = 3                                                                                     a = -2                        b = -1                                                                                  b = -5
y=3x1
y=2x+5

Slide 14 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Het getal a

Nu gaan wij ons richten op de eerste formule:

Om uit te leggen wat het getal a in een formule betekent, maken wij een tabel bij deze formule. Wij nemen x tussen -2 en 4

 
y=3x1

Slide 15 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Het getal a
Wij doen even snel hetzelfde voor de andere formule:
y=2x+5

Slide 16 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Het getal a

De waarde van a bepaalt dus hoe snel een grafiek stijgt of daalt.
Je noemt a de richtingscoëfficiënt van de lijn (of rc).

Slide 17 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Het getal a

De waarde van a bepaalt dus hoe snel een grafiek stijgt of daalt
Je noemt a de richtingscoëfficiënt van de lijn (of rc)

Belangrijk! Wanneer twee lijnen dezelfde richtingscoëfficiënt hebben, zijn ze evenwijdig.

Slide 18 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Het getal b


In deze formule is b gelijk aan -1

Wat zegt deze -1 over de grafiek?
Laten wij deze grafiek nog eens bekijken


y=3x1

Slide 19 - Tekstslide

§3.1B - De formule y = ax + b
Het getal b


In deze formule is b gelijk aan -1

b is gelijk aan het snijpunt met de y-as
een lijn snijdt de y-as in het punt ( 0, b)

y=3x1

Slide 20 - Tekstslide

Zelfwerkzaamheid
Maak:
3.1 A
3.1 B

Slide 21 - Tekstslide

§4.5B Centrummaten bij een frequentietabel
Beant


Beantwoord de volgende vragen:
1. Hoeveel cijfers (vakken) volgt deze leerling?
2. Hoe bereken je hiermee het gemiddelde cijfer van deze leerling?


cijfer:
3
4
5
6
7
8
9
10
frequentie
0
1
0
4
3
2
2
0

Slide 22 - Tekstslide