oefenen voor SE 10

oefenvragen SE 10
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

oefenvragen SE 10

Slide 1 - Tekstslide

Enkele kenmerken van chloroplasten zijn:
1 omhuld door een dubbele membraan;
2 in bezit van eigen DNA;
3 in staat tot synthese van eiwitten.

Welk van deze kenmerken is of welke zijn een aanwijzing dat chloroplasten door endosymbiose zijn ontstaan?
A
alleen 1 en 2
B
alleen 1 en 3
C
alleen 2 en 3
D
1, 2 en 3

Slide 2 - Quizvraag

In de afbeelding zijn vier diergroepen
A, B, C en D aangegeven die een
verwantschap met elkaar hebben.

Over die verwantschap worden enkele uitspraken gedaan. Welke uitspraak is juist?
A
A is meer verwant met B dan met C.
B
A en B zijn het meest verwant, dan A en C en dan pas A en D.
C
B en C zijn het meest verwant, dan A en B en dan pas A en D.
D
B en D zijn het meest verwant, A en C zijn het minst verwant.

Slide 3 - Quizvraag

Bij groenbemesting spelen de volgende processen een rol:

1. ammonificatie
2. nitraatopname door nieuw gewas
3. nitrificatie
4. stikstofbinding
5. vlinderbloemigen onder ploegen.
In welke volgorde gebeurt dit?
A
1-3-5-2-4
B
4-5-1-3-2
C
5-4-1-3-2
D
4-1-5-3-2

Slide 4 - Quizvraag

Homologe ontwikkeling in de evolutie
Welke van de deze structuren zijn homoloog?

A
de vleugels van nachtegalen en sprinkhanen
B
de voorpoten van vleermuizen en walvissen
C
het hart van kevers en hagedissen
D
het skelet van krabben en schildpadden

Slide 5 - Quizvraag

Met wie heeft soort B de meeste verwantschap?
A
A
B
C
C
D
D
E

Slide 6 - Quizvraag

Zelfde soort?
Verwantschap?
A
Zelfde soort & wel verwantschap
B
Zelfde soort & geen verwantschap
C
niet dezelfde soort & wel verwantschap
D
Niet dezelfde soort & geen verwantschap

Slide 7 - Quizvraag

Iemand meent het gedrag waarbij de jongen in de crèches dicht tegen elkaar aan staan, te kunnen verklaren door te zeggen: ‘Het is gezelliger voor de pinguïns om zo dicht tegen elkaar aan te staan.’

(1p) Leg uit waarom zo’n verklaring in de gedragsleer niet acceptabel is.

Slide 8 - Open vraag

3p Vul het schema zodanig aan, dat in de kringloop voor elk
van de vijf bovenstaande processen een pijl met bijbehorend
nummer staat. Doe dat als volgt:
− Teken drie ontbrekende pijlen.
− Zet de nummers van de processen 1 tot en met 5 bij de
juiste pijlen in de tekening.

Slide 9 - Open vraag


Slide 10 - Open vraag

Is de bij de fotosynthese vrijkomend zuurstofgas afkomstig van CO2 of van H2O?

Is dit zuurstofgas ontstaan bij de lichtreacties of in de Calvincyclus?
A
het is afkomstig van water en het is ontstaan tijdens de Calvincyclus
B
het is afkomstig van water en het is ontstaan tijdens de lichtreacties
C
het is afkomstig van koolstofdioxide en het is ontstaan tijdens de Calvincyclus
D
het is afkomstig van koolstofdioxide en het is ontstaan tijdens de lichtreacties

Slide 11 - Quizvraag