Techniek: Les 5 Figuren tekenen en meten

Techniekles 5 : 1) Meten en tekenen!
         2) Figuren!


Meten is zeker weten!
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Techniekles 5 : 1) Meten en tekenen!
         2) Figuren!


Meten is zeker weten!

Slide 1 - Tekstslide

Meten is weten!
Dit is in de techniek een belangrijke spreuk. Afstanden en maten kun je inschatten of ongeveer bepalen. Maar dat is nooit helemaal nauwkeurig. Maar door te meten kun je wel precies de lengte of afstand bepalen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen schatten en meten? Schrijf minimaal 2 verschillen op!

Slide 3 - Open vraag

Schrijf minimaal 5 gereedschappen op waarmee lengtes te meten zijn!

Slide 4 - Woordweb

Wanneer schatten we iets in plaats van meten? Geef 2 voorbeelden!

Slide 5 - Open vraag

We gaan zelf meten!
Wat hebben we nodig?
  • Papier (wit A4 of A3)
  • Lineaal of geodriehoek
  • Potlood
  • Gezond verstand!

Slide 6 - Tekstslide

Zie volgende dia!

Slide 7 - Tekstslide

Zie afbeelding van de handen. Meet met liniaal deze handen (maten) op en gebruik deze bij het schatten.
Schat de maten van je pen, schrift of papier. De vloer van je klas, slaapkamer of woonkamer.
Schrijf de antwoorden op!

Slide 8 - Open vraag

Een vierkant
Teken een vierkant van 7,5 cm bij 7,5 cm. Meet nauwkeurig!
Maak een foto van je tekening en stuur deze via de mail of chat naar de leerkracht.

Slide 9 - Tekstslide

Bereken het oppervlak van de vierkant van 7,5 cm bij 7,5 cm
A
15 cm2
B
7,5 cm2
C
56,25 cm2
D
30 cm2

Slide 10 - Quizvraag

Grootheden en eenheden
Een grootheid is wat je meet of schat. bv: lengte, grootte..enz.

Een eenheid is waarin je dat meet bv: meter, cm..enz.

Slide 11 - Tekstslide

Techniek: Grootheden en eenheden

Slide 12 - Tekstslide

Weet je?
10 cm = ........ mm
A
100 mm
B
1000 mm
C
1 mm
D
0,1 mm

Slide 13 - Quizvraag

Je hebt 5,4 km gewandeld!Hoeveel m is dat?
A
0,54 m
B
54 m
C
540 m
D
5400 m

Slide 14 - Quizvraag

120 deciliter = ..... l
A
0,12 l
B
12 l
C
1200 l
D
1,2 l

Slide 15 - Quizvraag

Gewichten, welk antwoord is niet juist!
Meerdere antwoorden kunnen!
A
Hl
B
Kg
C
Microgram
D
Decl

Slide 16 - Quizvraag

Je hebt een lijn van 250 cm getekent. Hoeveel m is dat?
A
0,25 m
B
2,5 m
C
25 m
D
2500 m

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

3,25 m2 = ......... cm2
A
325 cm2
B
3250 cm2
C
32500 cm2
D
325000 cm2

Slide 19 - Quizvraag

Bereken de omtrek en het oppervlak van figuur hiernaast

Slide 20 - Open vraag

Sleep figuur naar de juiste naam
Ruit
Rechthoekige driehoek
Vierkant
Rechthoek
Gelijkzijdige driehoek

Slide 21 - Sleepvraag

Teken een gelijkzijdige driehoek.
Een glijkzijdige driehoek is een driehoek waarvan elke zijde evengroot (lang) is. In deze opdracht gaan we netjes met liniaal (geodriehoek) een gelijkzijdige driehoek tekenen waarvan elke zijde 10 cm lang is. Succes.
Maak een foto en stuur de foto via mail of chat naar de leerkracht.

Slide 22 - Tekstslide

Hoeken!
Een vierkant of rechthoek heeft 4 hoeken.Wat weet je over die hoeken. Daarover gaan de volgende vragen.

Slide 23 - Tekstslide

Hoeken worden aangegeven in een bepaalde eenheid. Net zoals lengte in (cm) of (m) wordt aangegeven. Welke eenheid wordt gebruikt voor hoeken?
A
graden celcius
B
graden
C
meters
D
milliemeters

Slide 24 - Quizvraag

Hoe groot zijn de 4 hoeken van een vierkant?
A
45 graden
B
30 graden
C
90 graden
D
180 graden

Slide 25 - Quizvraag

Zijn alle hoeken van een rechthoek gelijk?
A
Kan niet
B
Jazeker
C
Zeker niet
D
Weet ik niet

Slide 26 - Quizvraag

Alle hoeken van een rechthoek bij elkaar zijn hoeveel....?
A
90 graden
B
180 graden
C
270 graden
D
360 graden

Slide 27 - Quizvraag

Welk figuur is hiernaast weergegeven?
A
Rechthoek
B
Ruit
C
Pentagon
D
Parallellogram

Slide 28 - Quizvraag

Hoe groot zijn alle hoeken van een parallellogram bij elkaar?
A
90
B
180
C
270
D
360

Slide 29 - Quizvraag

Rechthoekige driehoek tekenen!
Opdracht drie gaat over een rechthoekige driehoek. Wat is een rechthoekige driehoek? Hoe tekenen we een rechthoekige driehoek? Hoe lang is de schuine zijd van een rechthoekige driehoek?
Bekijk en maak de volgende dia's en vragen!

Slide 30 - Tekstslide

Waarom heet een rechthoekige driehoek zo?
A
Alle hoeken zijn recht
B
Alle hoeken zijn 45 graden
C
Alle hoeken zijn 90 graden
D
Er is 1 hoek 90 graden

Slide 31 - Quizvraag

Als je alle hoeken van een rechthoekige driehoek bij elkaar optelt, hoeveel graden is dat?
A
90
B
180
C
270
D
360

Slide 32 - Quizvraag

Opdracht 3 vervolg : Teken een rechthoekige driehoek
Een rechthoekige driehoek bestaat uit 3 zijden. Twee rechthoekige zijden en een schuine zijde. Zie voorbeeld.
Teken nu een rechthoekige driehoek. De horizontale rechthoekige zijde is 12 cm en de verticale rechthoekige zijde is 6 cm. Stuur de tekening naar de leerkracht!

Slide 33 - Tekstslide

De tekening van de rechthoekige zijde die je getekent hebt heeft een schuine zijde. Hoe lang is deze zijde? Kun je meten!
A
6
B
12
C
13,4
D
18

Slide 34 - Quizvraag

Wat is een parrallogram?
Eigenschappen:
  • Overstaande zijden zijn evenlang
  • Overstaande zijden zijn evenwijdig
  • Overstaande hoeken zijn evengroot

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Link

Teken een parallellogram
Teken de parallellogram zoals weergegeven in de afbeelding hiernaast.

Slide 37 - Tekstslide

Welk figuur zie je hier?
A
Ruit
B
Rechthoek
C
Dubbele driehoek
D
Parallellogram

Slide 38 - Quizvraag

Teken een ruit.

Teken de ruit zoals in de figuur. Kijk goed naar de maten.
Succes!

Slide 39 - Tekstslide

Tot slot!
Alle tekeningen via mail of chatt laten zien aan de leerkracht!

Thanks!

Slide 40 - Tekstslide