VoltooidDeelwoord

Welk woord is het voltooid deelwoord in de zin: 'Ik heb mijn huiswerk gemaakt'.
A
heb
B
ik
C
gemaakt
D
huiswerk
1 / 24
volgende
Slide 1: Quizvraag
GesMiddelbare schoolISKmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welk woord is het voltooid deelwoord in de zin: 'Ik heb mijn huiswerk gemaakt'.
A
heb
B
ik
C
gemaakt
D
huiswerk

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:
  1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren
  2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden
  3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
  4. EVALUATIE: Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode #
  • Thema:
  • Benodigde lesmaterialen:
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
...
...



...
...
...
...
...

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui
CODE PLUS rode 
p. 212 of 
p.313 gele boek
timer
3:00

Slide 6 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Checklist:
Wat heb je onthouden
gemaakt-
is een voltooid deelwoord bij welk
werkwoord?

Slide 7 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen.

'Maken', 'werken', 'horen', 'verhuizen'
zijn regelmatige werkwoorden. Het voltooid deelwoord maak je met
A
'ge' + stam + 't' of 'd'
B
stam + 't' of 'd'
C
'ge-'
D
geen van allen

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kun je de regel herhalen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het
voltooid deelwoord
van stoppen en steunen?
A
gestopt gesteund
B
gestopt gesteund
C
gestop gesteun
D
gestoppen gesteunden

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een ander
voltooid deelwoord.
(perfectum)

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke voltooid
deelwoorden ken je van de
onregelmatige lijst?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb mijn broodje in 
de kantine......... 
Gistermiddag is mijn broer bij mij thuis .....
Zaterdag heb ik de hele dag 
aan mijn powerpoint-
presentatie
............
gewerkt
gekomen
gegeten

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
  1. R
  2. T1
  3. T2
  4. I


Checklist:
  • Het leerdoel is in leerlingentaal geformuleerd.
  • Het leerdoel is volgens de RTTI-methodiek geformuleerd.
  • Het leerdoel geeft een omschrijving van de context (inhoud).
  • Er wordt een werkwoord gebruikt in het leerdoel (gedrag).
  • De condities worden weergeven in het leerdoel (voorwaarden).
  • Er zijn succescriteria gekoppeld aan het leerdoel (norm).

Slide 16 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Instructie
Oefen met de regelmatige werkwoorden 10 min.
Daarna Oefen met de onregelmatige werkwoorden 10 min.

Checklist:
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp check-vragen, Cornell-methode
  • Meertaligheid functioneel inzetten
  • Iedereen bij de les betrekken

Slide 17 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Voorbeelden
Vanochtend ben ik op tijd naar school gekomen. (komen)


Gisteren heb ik een dubbele milkshake gedronken.(drinken)

Mijn buurvrouw heeft mij vanochtend gegroet. (groeten)

Checklist:
  • Dual Coding (woord en beeld combineren)
  • Herkenbare voorbeelden gerelateerd aan de leefwereld van de leerlingen

Slide 18 - Tekstslide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Checklist:
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Afwisseling in oefentypes 
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik, wij, jij, wij)
  • Het leren zichtbaar maken
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel

Slide 20 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 21 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de verschillende lesfasen gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt leerlingen willekeurig met open vragen. Hierbij stimuleert de docent het kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen werk met elkaar te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden in te zetten.

    Begrippen uit deze les
  • ...
  • ...
  •  ...

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 23 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Exit ticket

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies