Oefentoets Goederenstroom

Oefentoets
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GoederenstroomMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
  1. Hoofdstukken leren voor de toets 
  2. Oefentoets

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstukken leren
Goederenstroom: H12 - 13 en 6

Op teams onder kanaal Goederenstroom staan onder bestanden de lessen. Deze kan je terugkijken om je voor te bereiden op de toets.
Er staat ook een mapje met oefentoets vragen!
Meenemen naar toets:
Pen
Rekenmachine

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel blokpallets gaan er in een vrachtwagen?
A
30
B
26
C
33
D
24

Slide 4 - Quizvraag

WAT IS REPLENISHEN?
A
Het aanvullen van de werkvoorraad uit de bulkvoorraad
B
Het verplaatsen van goederen
C
Het aanvullen van de bulkvoorraad uit de werkvoorraad

Slide 5 - Quizvraag

WAT IS DE BELADINGSGRAAD?
A
Geeft inzicht in het gebruik van de aanwezige capaciteit
B
Het maximum aantal adressen wat een chauffeur kan lossen op 1 dag
C
Hoeveelheid ruimte die wordt gebruikt in een vrachtwagen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is Rola?
A
De vrachtwagen gaat op de trein
B
De vrachtwagen gaat op de boot
C
De vracht gaat in het vliegtuig
D
De vracht gaat via de pijpleiding

Slide 7 - Quizvraag

WAT IS DE LAAD VOLGORDE ALS EEN KLANT LOST IN A’DAM (1), DEN HAAG (2) EN R’DAM (3)

Slide 8 - Open vraag

WAT IS DE FORMULE VAN DE BENUTTINGSGRAAD?

Slide 9 - Open vraag

IS STABILITEIT BELANGRIJK VOOR STATIONAIR TRANSPORT, VERTICAAL TRANSPORT OF HORIZONTAAL TRANSPORT?

Slide 10 - Open vraag

Waar gebruik je een cargadoor voor?
A
laden en lossen van containers op boten
B
Zeevracht agent
C
Laden en lossen van vrachtwagens
D
Luchtvracht agent

Slide 11 - Quizvraag

WAAR ZIJN DEZE MIDDELEN EEN VOORBEELD VAN? LUCHTZAK, HOUT, PIEPSCHUIM,PLASTIC
A
Vastzet materiaal
B
Buffer materiaal

Slide 12 - Quizvraag

Wat is eigen vervoer?

Slide 13 - Open vraag

Wat zijn de 5 transportmodaliteiten?

Slide 14 - Open vraag

Wat is intermodaal transport?

Slide 15 - Open vraag

WAT IS DE BELADINGSGRAAD ALS ER 28 EUROPALLETS IN EEN TRAILER ZITTEN?

Slide 16 - Open vraag

WAT ZIJN 2 INDELINGSCRITERIA VOOR OPSLAG?

Slide 17 - Open vraag

WAT IS DE OMLOOPSNELHEID ALS DE INKOOPWAARDE VAN DE OMZET 12 MILJOEN IS EN DE GEMIDDELDE VOORRAAD TEGEN INKOOPWAARDE 5 MILJOEN IS?

Slide 18 - Open vraag

Wat is de laadmeter van een europallet?
A
0.50
B
0.60
C
0.40
D
0.80

Slide 19 - Quizvraag

HOE LANG LIGT EEN ARTIKEL OP VOORRAAD ALS DE OMLOOPSNELHEID 2.4 IS EN ER 365 DAGEN IN EEN JAAR ZITTEN?

Slide 20 - Open vraag

WAT IS HET PARETO PRINCIPE?

Slide 21 - Open vraag

Einde
Veel succes met de toets!

Meenemen:
Pen
Rekenmachine

Slide 22 - Tekstslide