In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Thema 1: Organen en cellen
Basisstof 2: De bouw van een organisme
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Leerdoelen doornemen
Uitleg
Werken
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik...
De organisatieniveaus binnen een organisme benoemen en beschrijven.
Slide 3 - Tekstslide
Organisatieniveaus
Van klein naar groot bestaan organismen uit:
Cellen
Weefsels
Organen
Orgaanstelsels
Slide 4 - Tekstslide
Cellen
De kleinste bouwsteen van een organisme noem je een cel.
Cellen kunnen verschillende vormen hebben, afhankelijk van hun functie.
Botcellen, zenuwcellen, spiercellen
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Weefsels
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel.
Spierweefsel heeft een andere vorm en functie dan bindweefsel
Tussen de cellen van weefsels zit tussencelstof. Dit kan een vloeistof of een vaste stof zijn.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Welke andere typen weefsels ken je?
Slide 9 - Woordweb
Organen
Een deel van een organisme met een of meer functies.
Bestaat uit weefsel.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Welke andere orgaanstelsels ken je?
Slide 13 - Woordweb
Aan het werk!
Wat: Basisstof 2 van thema 1 volgens de planner
Hoe: Fluisteren met je buur/groepje
Tijd: 15 minuten
Hulp: Kijk in je boek, vraag je buur of steek je vinger op
Klaar: Nakijken en verbeteren (elo)
Uitkomst: Basisstof 2 van thema 1 is af
Slide 14 - Tekstslide
Zet de volgende organisatieniveaus van klein naar groot. Leg ook uit wat elk niveau is. Orgaan - populatie - orgaanstelsel - weefsel - organisme - cel - levensgemeenschap - ecosysteem
Slide 15 - Open vraag
Afsluiting
Wat: Werkblad orgaanstelsels
Hoe: Fluisteren met je buur/groepje
Tijd: +/- 10 minuten
Hulp: Kijk in je boek, vraag je buur of steek je vinger op