Leven met Dementie

Leven met Dementie
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leven met Dementie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de symptomen van dementie benoemen, de belangrijkste vormen van dementie opsommen, de fases in dementie uitleggen en uitleggen wat ROT, snoezelen en reminiscentie betekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dementie?
Dementie is een verzamelnaam voor verschillende ziektes die leiden tot een geleidelijke achteruitgang van de hersenfuncties.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen van dementie
Symptomen van dementie zijn onder andere geheugenproblemen, veranderingen in gedrag en taalproblemen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste vormen van dementie
De belangrijkste vormen van dementie zijn de ziekte van Alzheimer, vasculaire dementie en frontotemporale dementie.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fases in dementie
Dementie kent verschillende fases: milde cognitieve stoornis, milde dementie, matige dementie en ernstige dementie.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ROT
ROT staat voor Revalidatie, Oriëntatie en Training. Het is een behandelmethode voor mensen met dementie.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snoezelen
Snoezelen is een activiteit waarbij zintuiglijke prikkels worden gebruikt om positieve ervaringen op te wekken bij mensen met dementie.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reminiscentie
Reminiscentie is het terughalen en delen van persoonlijke herinneringen om het welzijn van mensen met dementie te verbeteren.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen van dementie
Geheugenproblemen, veranderingen in gedrag, taalproblemen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste vormen van dementie
Ziekte van Alzheimer, vasculaire dementie, frontotemporale dementie

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fases in dementie
Milde cognitieve stoornis, milde dementie, matige dementie, ernstige dementie

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ROT
Revalidatie, Oriëntatie, Training

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snoezelen
Zintuiglijke prikkels, positieve ervaringen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reminiscentie
Terughalen, delen van herinneringen, welzijn

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen van dementie
Wat zijn enkele symptomen van dementie?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste vormen van dementie
Noem de drie belangrijkste vormen van dementie.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fases in dementie
Wat zijn de verschillende fases in dementie?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ROT
Wat betekent ROT?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snoezelen
Wat is snoezelen?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reminiscentie
Wat houdt reminiscentie in?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
We hebben geleerd dat dementie verschillende symptomen, vormen en fases kent. Ook hebben we kennis gemaakt met ROT, snoezelen en reminiscentie.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 23 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 25 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.