NE2 Benoemen

Woordsoorten
1 / 27
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Woordsoorten

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Video

Benoem de woordsoorten:
Woordsoorten zijn lastig.

'Woordsoorten' is
A
zn
B
ww
C
bn
D
lw

Slide 3 - Quizvraag

Benoem de woordsoorten:
Woordsoorten zijn lastig.

'lastig' is
A
zn
B
ww
C
bn
D
lw

Slide 4 - Quizvraag

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
prijs is ..
A
vz
B
zn
C
bn
D
lw

Slide 5 - Quizvraag

Hoe noem je de volgende woordsoorten?

in, op, onder, door
A
lidwoorden
B
voorzetsels
C
telwoorden
D
aanwijzende voornaamwoorden

Slide 6 - Quizvraag

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
gewonnen is ..
A
vz
B
zn
C
ww
D
lw

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord?
'Judith trok een vragend gezicht.'
A
vragend
B
trok
C
gezicht
D
Judith

Slide 8 - Quizvraag

Vragend is een BN
Het geeft informatie over het ZN 'gezicht'.

Slide 9 - Tekstslide

Benoem de woordsoorten:
Wie heeft de mooiste prijs gewonnen?
heeft is ..
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz

Slide 10 - Quizvraag

Er zijn ... soorten werkwoorden. (woordsoorten)
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 11 - Quizvraag

Werkwoordsoorten:
Zelfstandig werkwoord
Hulpwerkwoord
Koppelwerkwoord

Slide 12 - Tekstslide

Elkaar is altijd een wederkerend voornaamwoord.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Elkaar?
Dat is altijd een wederkerig voornaamwoord. 

Slide 14 - Tekstslide


A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 15 - Quizvraag


A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 16 - Quizvraag


A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 17 - Quizvraag

Me?
Het gaat in de vorige zin om het werkwoord 'zich bemoeien'. 'Zich' is veranderd in 'me' en is dus een wederkerend voornaamwoord. 

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het vragend voornaamwoord?
A
het
B
is
C
wat
D
vragend

Slide 19 - Quizvraag


A
aanwijzend vnw
B
vragend vnw
C
onbepaald vnw

Slide 20 - Quizvraag


A
aanwijzend vnw
B
vragend vnw
C
onbepaald vnw

Slide 21 - Quizvraag


A
aanwijzend vnw
B
vragend vnw
C
onbepaald vnw

Slide 22 - Quizvraag

Wie?
Je kan de vorige zin veranderen in een vraagzin: 'Wie heeft dat beweerd?'
'Wie' is een vragend voornaamwoord.

Slide 23 - Tekstslide

Wat is géén vragend voornaamwoord?
A
Wie
B
Hoe
C
Wat
D
Welk

Slide 24 - Quizvraag

Hoe is je kennis van woordsoorten op dit moment?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Hoe nu verder?
- Maak opdracht op Nieuwsbegrip 
- Leer de theorie 'taalkundig ontleden' blz. 73 t/m 75
- Maak oefening B blz. 13


Eventueel extra instructie kijken (zie chat)

Slide 26 - Tekstslide

0

Slide 27 - Video