H. 6.3 Hoe kan een land zich ontwikkelen?

Welvaart Wereldwijd?
Hoofdstuk 6 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welvaart Wereldwijd?
Hoofdstuk 6 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn kenmerken van ontwikkelingslanden?

Slide 3 - Tekstslide

Kenmerken ontwikkelingslanden
Ontwikkelingslanden zijn landen met een grote economische achterstand.
Kenmerken van ontwikkelingslanden zijn:

veel armoede
een slechte gezondheidszorg
weinig onderwijs.

Slide 4 - Tekstslide

Protectiemaatregelen

Slide 5 - Tekstslide

In welke werelddelen vind je nog veel ontwikkelingslanden? Noem er 2.

Slide 6 - Open vraag

Doordat mensen in ontwikkelingslanden een laag inkomen hebben is welvaart......
A
Hoog
B
Laag

Slide 7 - Quizvraag

Een Nederlands bedrijf importeert bloemen uit Afrika. Dit is een voorbeeld van____
A
Internationale handel
B
Ontwikkelingssamenwerking
C
Protectiemaatregelen

Slide 8 - Quizvraag

Leerdoelen
- Welke maatregelen ontwikkelingslanden vooruithelpen
- Waarom afspraken over vrijhandel lastig zijn
- Wat voor soorten hulp er zijn 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

 Hoe kan een land zich ontwikkelen?

Gunstinge lening (wereld bank)
- lage rent
- langere tijd om af te lossen
- soms wordt de lening kwijtgescholden

Mirco krediet
- klein krediet van hulp organisaties
- hiermee doorbreken van vizieuze cirkel

Slide 11 - Tekstslide

Wereld Handelorganisatie (WTO World trade organization) wil:

- vrijhandel
- protectiemaatregelen afschaffen
- meer export => meer product => meer werk => meer welvaart


Slide 12 - Tekstslide

Ontwikkelingssamenwerking
Rijke landen helpen ontwikkelingslanden

Slide 13 - Tekstslide

Ontwikkelingssamenwerking
structurele hulp = langere termijn;ervoor zorgen dat landen zich ontwikkelen
Noodhulp = korte termijn; Natuur rampen, voedsel te kort

Slide 14 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 15 - Tekstslide

Noodhulp is ....
A
voor korte tijd.
B
voor langere tijd.

Slide 16 - Quizvraag

Het geven van microkredieten is noodhulp.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Hulp die een blijvende oplossing biedt voor een ontwikkelingsland heet
A
gebonden hulp
B
structurele hulp
C
noodhulp
D
bijzondere hulp

Slide 18 - Quizvraag