hoe je de stam en de ik-vorm van een werkwoord spelt
hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spelt
hoe je het begin en eind van zinnen maakt
we leren dubbele punten en aanhalingstekens gebruiken
we gaan acht dicteewoorden leren
Slide 2 - Tekstslide
1.8 Spelling
Leerdoelen vandaag oefenen
Dicteewoordjes.
Leestekens aan het begin en het eind van een zin.
De PV vinden door de zin in een andere tijd te zetten. (tijdproef)
Slide 3 - Tekstslide
1.8 Spelling
Oefenen dicteewoordjes.
Schrijf het woord op.
Schrijf de betekenis op.
Zet een kruisje achter het woord wanneer het een werkwoord is.
Slide 4 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: affiche (poster
Kader: de champignons (paddenstoel)
Slide 5 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: capuchon (hoofddeksel)
Kader: chanteren X (iemand iets afdwingen met een bedreiging)
Slide 6 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: chic (heel netjes)
Kader: chatten X (online praten/berichten sturen)
Slide 7 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: chips (eten/computer onderdeel)
Kader: chips (eten/computer onderdeel)
Slide 8 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: chirurg (dokter die opereert)
Kader: de chocoladebol (bol van chocola)
Slide 9 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: chocoladebol (bol van chocola)
Kader: machinaal (met behulp van een machine)
Slide 10 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: gesjouw X (iets zwaars dragen/slepen)
Kader: de parachute (hulpmiddel om langzamer te dalen vanuit de lucht)
Slide 11 - Tekstslide
Wat betekent?
Basis: recherche (opsporen of onderzoeken)
Kader: de recherche (iemand die misdaden oplost)
Slide 12 - Tekstslide
1.8 Spelling
Je krijgt nu een werkblad met de 2 opdrachten.
Bij opdracht 1 ga je de hoofdletters en de leestekens op de goede plek zetten.
Bij opdracht 2 ga je oefenen met de pv via de tijdproef. Kijk naar het voorbeeld: - Mieke rijdt graag paard (tt) - Mieke reed graag paard (vt) - De pv is rijdt (dit is het enige woord dat veranderd is)
Werk hier rustig aan
Slide 13 - Tekstslide
1.8 Spelling - oefenen
Ga naar je werkboek op blz. 68 voor Basis en blz. 79 voor Kader.
We maken opgave 8 t/m 10 (8 optioneel in verband met tijd).
Werk rustig en netjes.
Slide 14 - Tekstslide
1.8 Spelling
Vandaag
Geoefend met: dicteewoordjes, hoofdletters, leestekens en pv vinden (tijdproef).