1.1 Verbranding en ademhaling: Verbranding

thema 1 Verbranding en ademhaling
1.1 Verbranding
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

thema 1 Verbranding en ademhaling
1.1 Verbranding

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen?
Lesopening: boek doornemen
Lesdoelen: verbranding
Terugblik: wat hebben we gedaan?
instructie: koolstofdioxide
begeleid oefenen: opdracht 3
zelfstandig werken: opdracht 6, 7, 8, 9 en 10
reflectie: hoe is het gegaan?

Slide 2 - Tekstslide

Lesopening
Hoe zit het boek in elkaar?
  • Na paragraaf 5 een S.O.
  • Proefwerk
  • Praktische opdracht

Huiswerk aantekeningen: 3de aantekening strafwerk

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les:
- weet je dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat
- weet je dat je koolstofdioxide kan aantonen met een indicator

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik

Slide 5 - Tekstslide

1.1 Verbranding
Als je een kaars brandt, verbrandt er kaarsvet.
Kaarsvet is een brandstof.

Als je een glas over de kaars zet, gaat de kaars uit.
Dit komt doordat de zuurstof opraakt.
Zuurstof is een gas in de lucht.
Voor verbranding is zuurstof nodig.

Slide 6 - Tekstslide

1.1 Verbranding
Bij een brandende kaars ontstaat licht en warmte.
Dat zijn vormen van energie.

Bij verbranding komt altijd energie vrij.


Slide 7 - Tekstslide

1.1 Verbranding
Bij verbranding ontstaan ook nieuwe stoffen.
Als je een glas over een kaars zet, dan zie je water aan de binnenkant van het glas. Dat water ontstaat bij de verbranding.

Bij de verbranding ontstaat ook koolstofdioxide.
Dit is een gas in de lucht.
Je kan koolstofdioxide niet zien of ruiken.

Slide 8 - Tekstslide

1.1 Verbranding?
Koolstofdioxide kan je dus niet zien en ruiken, maar je kan het wel aantonen. Een stof waarmee je een andere stof kan aantonen, noem je een indicator.

Helder kalkwater is een indicator voor koolstofdioxide. Helder kalkwater wordt troebel als je er koolstofdioxide bij doet.

Slide 9 - Tekstslide

1.1 Verbranding
Voor verbranding zijn een brandstof en zuurstof nodig.
Na verbranding heb je water, koolstofdioxide en energie.

Verbranding kun je opschrijven in een vergelijking.
Deze staat op de volgende bladzijde (en moet je kennen!!!!)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Begeleid oefenen
We maken klassikaal opdracht 2 en 3

Slide 13 - Tekstslide

Zelfstandig werken
1.1 Lees de tekst en maak de opdrachten:
Basis/plus/intensief
opdracht 6, 7, 8, 9 en 10

Compact: 6, 7, 8
klaar? laat het zien!

Slide 14 - Tekstslide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- weet je dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat
- weet je dat je koolstofdioxide kan aantonen met een indicator

Slide 15 - Tekstslide

Reflectie / Huiswerk
Hoe is het gegaan? 

Basis/plus/intensief
opdracht 2, 3, 6, 7, 8, 9 en 10
Compact:  opdracht 2, 3, 6, 7, 8

Slide 16 - Tekstslide