3 VWO - Thema 1 ademhaling en gaswisseling

Thema 1 - herhaling en oefenen
3 VWO
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 1 - herhaling en oefenen
3 VWO

Slide 1 - Tekstslide

longblaasjes
longen
brochien
Luchtpijptakje
luchtpijp

Slide 2 - Sleepvraag

Longen

Slide 3 - Tekstslide

Hoe noemen we het proces waarbij zuurstof uit de longblaasjes aan het bloed wordt afgegeven en koolstofdioxide weer wordt opgenomen uit het bloed?
A
Ademhaling
B
Verbranding
C
Gaswisseling
D
Bloedtransport

Slide 4 - Quizvraag

Bij welk type ademhaling kantelen de ribben iets omhoog?
A
buikademhaling
B
borstademhaling
C
middenrifademhaling
D
ribademhaling

Slide 5 - Quizvraag

Ademhaling
Lucht in je longen continue ververst = ventilatie
Je kunt op twee manieren ademhalen:
  • Borstademhaling
  • Middenrifademhaling (buikademhaling)
Bij gewone ademhaling gebruik je beide

 

Middenrif

Slide 6 - Tekstslide

In welke stand staan huig en strotklepje tijdens de ademhaling?
A
huig 1, strotklepje 1
B
huig 1, strotklepje 2
C
huig 2, strotklepje 1
D
huig 2, strotklepje 2

Slide 7 - Quizvraag

Naast het middenrif spelen ook de ribben een rol bij de ademhaling.

In welke richting bewegen het middenrif en de ribben zich bij het inademen?
A
Zowel het middenrif als de ribben bewegen zich dan omhoog.
B
Het middenrif beweegt zich dan omhoog, de ribben omlaag.
C
Het middenrif beweegt zich dan omlaag, de ribben omhoog.
D
Zowel het middenrif als de ribben bewegen zich dan omlaag.

Slide 8 - Quizvraag

Zit er in uitgeademde lucht meer of minder koolstofdioxide dan ingeademde lucht?
A
Meer
B
Minder
C
Evenveel

Slide 9 - Quizvraag

Ingeademde lucht bevat minder zuurstof dan uitgeademde lucht.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag


In de afbeelding zie je een trosje longblaasjes.

Wat geeft pijl 1 in afb. 1 aan?

A
koolstofdioxide-arm bloed
B
koolstofdioxide-rijke lucht
C
zuurstofarm bloed
D
zuurstofrijke lucht

Slide 11 - Quizvraag

Welk verband bestaat er bij de mens tussen uitademing en beweging van het middenrif?
A
De lucht stroomt naar buiten; daardoor gaat het middenrif omlaag.
B
De lucht stroomt naar buiten; daardoor gaat het middenrif omhoog.
C
Het middenrif gaat omlaag; daardoor stroomt lucht naar buiten.
D
Het middenrif gaat omhoog; daardoor stroomt lucht naar buiten

Slide 12 - Quizvraag

Welke delen van de luchtwegen verwijderen vuil uit de ingeademde lucht
A
Trilharen
B
Neusharen
C
Longblaasje
D
Slijmvlies

Slide 13 - Quizvraag

verbranding of fotosynthese?

glucose+zuurstof-> energie+koolstofdioxide+water
A
fotosynthese
B
verbranding

Slide 14 - Quizvraag

Insecten ademen met behulp van
A
longen
B
kieuwen
C
tracheeën

Slide 15 - Quizvraag

Longen

Slide 16 - Tekstslide

Longen

Slide 17 - Tekstslide

Bij verbranding ontstaat:
A
Zuurstof
B
Stikstof
C
Koolstofdioxide
D
Vuur

Slide 18 - Quizvraag

COPD is een chronische ontsteking aan de?
A
Bronchien
B
Longen
C
D
Luchtwegen

Slide 19 - Quizvraag

De stof in sigaretten waarvan de longen zwart worden heet...
A
nicotine
B
teer
C
koolstofmonoxide
D
koolstofdioxide

Slide 20 - Quizvraag

Deze vertakkingen van de longen heten...
A
Longkwabben
B
Longblaasjes
C
Luchtpijpjes
D
Strottenhoofd

Slide 21 - Quizvraag

In het plaatje krijgen de longen een blauwe kleur.
Staat dit voor inademing of uitademing?
A
Inademing
B
Uitademing

Slide 22 - Quizvraag

Waarom gaat de gaswisseling in de longen snel?
A
Groot oppervlak van de longblaasjes
B
Dunne wand van de longblaasjes
C
Groot oppervlak van de longblaasjes en een dunne wand longblaasjes
D
Dunnen wand longblaasjes en snel in en uit ademen

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de functie van trilharen?
BS 3
A
Keuren van binnenstromende lucht
B
Opvangen van stofdeeljtes
C
Produceren van slijm
D
Verplaatsen van slijm naar de keelholte

Slide 24 - Quizvraag

Roken kan COPD veroorzaken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Welke stof is verslavend?
A
nicotine
B
koolstofmonoxide
C
teer
D
rook

Slide 26 - Quizvraag

Welke stof in tabaksrook zorgt ervoor dat je je duizelig voelt als je rookt?
A
koolstofmonoxide
B
nicotine
C
teerproducten

Slide 27 - Quizvraag

ik heb al goed geleerd voor de toets
A
ja
B
nee
C
WAT?
D
NOPE

Slide 28 - Quizvraag