Grammaire: vouloir et pouvoir

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Oefenen met vouloir (willen)

Slide 6 - Tekstslide


Ik wil
A
je veux
B
tu veux
C
je peux
D
tu peux

Slide 7 - Quizvraag


Wij willen
A
vous voulez
B
nous voulons
C
on veut
D
ils veulent

Slide 8 - Quizvraag

Oefenen met pouvoir (kunnen, mogen)

Slide 9 - Tekstslide


Mag ik ...?
A
Je peux...?
B
Tu peux...?
C
On peut...?
D
Il peut...?

Slide 10 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in:

Nous ...
A
pouvont
B
peuvent
C
pouvez
D
pouvons

Slide 11 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in:
Ils ... (pouvoir)
timer
0:30

Slide 12 - Open vraag

Zet in de juiste volgorde:
aller -aux toilettes - peux - je - ?
timer
1:00

Slide 13 - Open vraag

Zet in de juiste volgorde:
une pizza - nous - manger - voulons - .
timer
1:00

Slide 14 - Open vraag

Ex. 31 c  | pag. 125

Slide 15 - Tekstslide