Pedagogiek 5.2 gedrag en concentratie (ASS)

Pedagogiek week 3
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Pedagogiek week 3

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

5.3 Gedrag en emotie
  • Stoornissen 
  • ASS (autisme spectrum stoornis, =vanaf blz. 217 in je boek) 

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen :
  1.  De student kent de definitie van autisme. 
  2.  De student benoemt de verschillende vormen van autisme.
  3.  De student weet wat hij/zij kan doen bij kinderen met autisme. 
  4.  De student kent de problemen/aandachtspunten voor in de klas met een kind met autisme.
  5.  De student kan zich inleven in de belevingswereld van het kind.
  6.  De student heeft handvatten hoe om te gaan met een kind met autisme.

Slide 4 - Tekstslide

Autisten zien een samenhang in wat zij waarnemen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Een kind met autisme neemt alles heel letterlijk
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Met een kind met autisme kun je geen gesprek voeren
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Kinderen met autisme hebben een goed tijdsbesef
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Een kind met autisme heeft vaak de moeite om zijn gevoelens te uiten
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Autisme komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Kinderen met autisme gebruiken vaak spreekwoorden
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Kinderen met autisme zien niet goed het verschil tussen een plagerijtje en echt pesten
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Autisme
Autisme is een klinische gedragsdiagnose;​

- Alleen op gedragskenmerken ​
- Niet op medische aanwijzingen​
- Grote verschillen tussen de gedragsbeelden


Slide 14 - Tekstslide

Autisme
Tegenwoordig wordt er gesproken over ASS (autismespectrumstoornis). 
Voorheen (<2017) werden er verschillende vormen van autisme onderscheiden; klassiek autisme, asperger, syndroom van Rett, PDD-NOS, de-integratieve stoornis. 

Slide 15 - Tekstslide

Zoek op wat "klassiek autisme" is

Wat houdt de soort autisme in, welke symptomen heeft deze vorm en welke problemen brengt het met zich mee?
timer
2:00

Slide 16 - Open vraag

Zoek op wat "asperger" is

Wat houdt de soort autisme in, welke symptomen heeft deze vorm en welke problemen brengt het met zich mee?

Slide 17 - Open vraag

Zoek op wat "PDD-NOS" is

Wat houdt de soort autisme in, welke symptomen heeft deze vorm en welke problemen brengt het met zich mee?

Slide 18 - Open vraag

RRR
Rust

Rust geeft het kind de gelegenheid om die prikkels te selecteren en te verwerken die voor die situatie, voor die taak relevant zijn. ​

Slide 19 - Tekstslide

RRR
Reinheid

Reinheid houdt eigenlijk in dat er met rituelen gewerkt moet worden. Alle kinderen waarderen vaste gebruiken op vaste momenten. Deze rituelen geven inzicht en voorspelbaarheid en bevorderen zo het zich veilig voelen. 

Slide 20 - Tekstslide

RRR
Regelmaat

Regelmaat is essentieel voor kinderen met autisme. Regelmaat maakt het overzichtelijker en voorspelbaar. 

Slide 21 - Tekstslide

Ervaringen?
Hoe ga jij om met kinderen met autisme?

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Eindopdracht week 3 :
Lessuggestie 4: ‘Het is hier autistisch’


Kijk naar afleveringen 1 (19 januari) óf 2 (26 januari) van ‘het is hier autistisch’.
 

Slide 26 - Tekstslide

Eindopdracht week 3 : 

  • Ben je het ergens mee eens/ oneens? Kan je een koppeling maken naar de praktijk?
  • Geef per aflevering in minimaal een ½ A4 (lettertype Arial, 11) weer waar de aflevering over ging. Waar ging de aflevering over? Wat viel je op? Wat is je bijgebleven? Heeft iets je geraakt?

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link