1HVE - Bon appétit (menu) - 1HV5

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui, 
c'est le...

Slide 2 - Tekstslide

Bienvenue

Slide 3 - Tekstslide

Au restaurant

Slide 4 - Tekstslide

Chapitre 2



  • Ik kan iets bestellen en iets kopen.
  • Ik ken woorden die te maken hebben met eten en drinken.
  • Ik ken de getallen tot en met 100.

Slide 5 - Tekstslide

Programme
  • Getallen t/m 100 (prijs) oefenen
  • Menukaart per drietal (uitgeprint) 
  • Voorbereiden gesprek 'au restaurant'

Slide 6 - Tekstslide

Répétition

Slide 7 - Tekstslide

Ken je de persoonlijke voornaamwoorden nog?
Sleep NL naar FA.
ik
jij
HIJ
ZIJ (1 persoon)
WIJ / MEN
WIJ
U / JULLIE
ZIJ (m + mv)
ZIJ (v + mv)
je
tu
il
elle
on
nous
vous
ils
elles

Slide 8 - Sleepvraag

j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'avoir' 
Grammaire 'Avoir' 
ai
as
a
avons
avez
ont

Slide 9 - Sleepvraag

j'ai
tu as
il/elle a
nous avons
vous avez
ils/elles ont
Combineer de juiste vorm van 'avoir' met het onderwerp
Grammaire 'Avoir' 
ik heb
jij hebt
hij/zij heeft
wij hebben
u heeft, jullie hebben
zij hebben

Slide 10 - Sleepvraag

positif
négatif
détester
adorer
bon
le problème
j'aime
cher

Slide 11 - Sleepvraag

Les nombres jusqu'à 69

Slide 12 - Tekstslide

Les Français et les nombres
             On répète les nombres 0-20
             On continue... 21-69
                      
              Les nombres 70-79
              Les nombres 80-99

              Les nombres 100

Slide 13 - Tekstslide

NOMBRES
0-20

Slide 14 - Tekstslide

NOMBRES
21-69
Trente
Quarante
Cinquante
Soixante
LET OP: ET UN

Slide 15 - Tekstslide

NOMBRES
70-79
soixante-quinze
soixante et un
soixante-douze
soixante-dix-neuf

Slide 16 - Tekstslide

NOMBRES
80-99
quatre-vingts
quatre-vingt-un
quatre-vingt-seize
quatre-vingt-six

Slide 17 - Tekstslide

NOMBRES
100
CENT
CENT
CENT
CENT

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

LES NOMBRES
Sleep blauw naar rood.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
cinq
six
un
deux
trois
quatre
neuf
dix
huit
sept

Slide 20 - Sleepvraag

Sleep de getallen naar de juiste plaats op de lineaal :
treize
trois
zéro
six

onze
seize
vingt

Slide 21 - Sleepvraag

deux + sept =
A
9
B
8
C
11
D
17

Slide 22 - Quizvraag

quinze + quatre =
A
dix-sept
B
dix-neuf
C
dix-huit
D
neuf

Slide 23 - Quizvraag

vingt - six =
A
quatorze
B
treize
C
quinze
D
seize

Slide 24 - Quizvraag

27

Slide 25 - Open vraag

31

Slide 26 - Open vraag

48

Slide 27 - Open vraag

Zet de getallen in de juiste volgorde van klein naar groot : 
sept
dix-sept
seize
trente-quatre
quarante-trois
soixante-deux
soixante-six
soixante-dix
cinquante-six

Slide 28 - Sleepvraag

50
A
quarante-dix
B
cincante
C
cinquant
D
cinquante

Slide 29 - Quizvraag

69
A
neuf-soixante
B
soixante-dix-neuf
C
soixante-neuf
D
sioxante neuf

Slide 30 - Quizvraag

Plaats ces nombres dans l'ordre van petit à grand!
A
B
C
D
E
cinquante-trois
soixante-neuf
soixante-onze
soixante-six
quarante-deux

Slide 31 - Sleepvraag

Mets les nombres dans le bon ordre (van klein naar groot)
B
C
D
E
F
A
trente-et-un
quarante -cinq
soixante-huit
vingt-sept
cinquante-deux
onze

Slide 32 - Sleepvraag

Met behulp van de volgende dia's, bereiden jullie het gesprek voor.
In tweetallen
Exercice 13cde + 15ab

Slide 33 - Tekstslide



Client
La carte, s’il vous plait 


Serveur 
Voilà la carte

Slide 34 - Tekstslide


Serveur
Qu-est ce que vous prenez ? 

Client
Je prends - Ik neem
Je voudrais - Ik zou graag willen

Slide 35 - Tekstslide


Comme entrée, je prends / je voudrais .....

Comme plat, je prends / je voudrais .....

Comme dessert, je prends / je voudrais .....


Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

Au restaurant
Bespreek eerst wie de ober/serveerster is en welk tweetal gaat in het restaurant zitten?

Met beh

Slide 39 - Tekstslide

Au restaurant
Serveur
Client
Bonjour madame/monsieur!
Bonjour, la carte s’il vous plait.
Voilà, la carte.
Merci, comme entrée je voudrais .... s’il vous plait.
(Beiden noemen hun voorgerecht / hoofdgerecht / nagerecht / drinken - van jullie menukaart). 
Très bien. C'est noté.
Où sont les toilettes?
Les toilettes sont là-bas, à côté du bar.
Merci. Je voudrais aussi l'addition s'il vous plait.
Bien sûr, ça coute..., madame/monsieur.
Voilà, (noem en overhandig  het bedrag) Merci beaucoup et au revoir).

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

1HV5

Slide 42 - Tekstslide