3.1 Monniken en Ridders

       Paragraaf 3.1
0 -    5   Telefoon weg, laptop, boeken en pen pakken
5 -   15  Terugblik vorige les
15 - 50  Filmpje en werken uit het boek
50 - 55  Afsluiting

Aan het eind van de les:
Weet je wie Karel de grote was en waarom hij belangrijk is geweest voor veranderingen 
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

       Paragraaf 3.1
0 -    5   Telefoon weg, laptop, boeken en pen pakken
5 -   15  Terugblik vorige les
15 - 50  Filmpje en werken uit het boek
50 - 55  Afsluiting

Aan het eind van de les:
Weet je wie Karel de grote was en waarom hij belangrijk is geweest voor veranderingen 

Slide 1 - Tekstslide

      Aan het eind van de les
  1. weet je hoe Karel de Grote het Frankische rijk uitbreidde en zijn land bestuurde 
  2. kun je uitleggen hoe in het Frankische rijk het christelijk geloof verspreid werd en welke rol geestelijken daarin speelden;
  3. kun je uitleggen hoe in de tijd van Karel de Grote de samenleving georganiseerd was.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Hoe komt het dat de Romeinse tijd eindigt in Europa?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Vul zoveel mogelijk landen in die bij het rijk van de Franken hoorden

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

De .......... namen de macht over in Europa nadat het Romeinse Rijk uiteen was gevallen
A
Goten
B
Galiërs
C
Friezen
D
Franken

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Tijdvak van de monniken en ridders duurde van...
A
500 v C - 400 n C
B
50 n C - 300 n C
C
500 n C - 1000 n C
D
500 n C - 1500 n C

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Karel de Grote
Edelen
Ridders
Horigen
Graafschap
Hertogdrom

Slide 18 - Sleepvraag

De adel
A
De boeren
B
De hertogen
C
Alle edelen samen
D
De keizers

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Wat zijn Horigen?
A
Boeren die vrij zijn
B
Boeren die niet vrij zijn en bij het land horen
C
Edelen die een land hebben

Slide 22 - Quizvraag

Horige
Hertog

Slide 23 - Sleepvraag

      Aan het werk
  1. Maken 3.1 (blz. 92 t/m 97)                      Opdracht 1, 7 en 8 overslaan
  2. Nakijken 3.1 
  3. Verdieping 98
  4. Herhaling 99

Slide 24 - Tekstslide

      Welkom! 
Pak je laptop en je boek 
  1. Zitten volgens plattegrond
  2. Start lesson-up op 
(lesson-up.app)
timer
1:00

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

In 768 wordt Karel de Grote Koning. Met welk volk voert hij oorlog?
A
Germanen
B
Saksen

Slide 34 - Quizvraag

Waarom voert Karel de Grote oorlog met de Saksen?

Slide 35 - Open vraag

Hoe heet de leider van de Christelijke Kerk?
A
Bisschop
B
Monnik
C
Paus

Slide 36 - Quizvraag

Waarom is de paus zo belangrijk voor Karel de Grote?

Slide 37 - Open vraag

Waarom liet Karel de Grote zich kronen door de paus?
A
Omdat hij vrienden was met hem en goed contact had
B
Omdat de paus de belangrijkste Christelijke leider was
C
Omdat de mensen dat graag wilden

Slide 38 - Quizvraag

Waarom kon Karel niet in één keer de Saksen verslaan?
A
Omdat het verschillende stammen waren
B
Omdat hij niet sterk genoeg was

Slide 39 - Quizvraag

Tegen wie vecht Karel in het zuiden?
A
Moren
B
Germanen

Slide 40 - Quizvraag

Hoe zorgt Karel er voor dat hij zijn grote land kan besturen?

Slide 41 - Open vraag

Wat geven de edelen aan Karel als er oorlog is?
A
Geld
B
Soldaten/ridders

Slide 42 - Quizvraag

Hoe zorgt Karel ervoor dat hij contact blijft houden met zijn edelen?
A
Door paleizen te bouwen
B
Door te paard langs de edelen te gaan

Slide 43 - Quizvraag

Welke belangrijke verbeteringen heeft Karel de Grote gemaakt tijdens de tijd toen hij de baas was?

Slide 44 - Open vraag

Hoe zorgt Karel ervoor dat hij contact blijft houden met zijn edelen en andere belangrijke mensen?
A
Door paleizen te bouwen
B
Door te paard langs de edelen te gaan

Slide 45 - Quizvraag

      Aan het werk
  1. Maken 3.1 (blz. 92 t/m 97)                    
  2. Nakijken 3.1 
  3. Verdieping 98
  4. Herhaling 99

Slide 46 - Tekstslide

      Leerdoelen:
  1. weet je hoe Karel de Grote het Frankische rijk uitbreidde en zijn land bestuurde 
  2. kun je uitleggen hoe in het Frankische rijk het christelijk geloof verspreid werd en welke rol geestelijken daarin speelden;
  3. kun je uitleggen hoe in de tijd van Karel de Grote de samenleving georganiseerd was.

Slide 47 - Tekstslide