1.4 havo Nederland: winnaars en verliezers

Welkom 3hb!
Vandaag:
- kennischeck 1.3 + beetje 1.2
- nabespreken opdracht(en) 1.3
- zelfstandig aan de slag met 1.4
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom 3hb!
Vandaag:
- kennischeck 1.3 + beetje 1.2
- nabespreken opdracht(en) 1.3
- zelfstandig aan de slag met 1.4

Slide 1 - Tekstslide

Welke interne factoren hebben invloed op de ontwikkeling van een land?
A
vruchtbaarheid van het land
B
de rol van een land die het heeft in de wereldeconomie
C
politieke systeem
D
koloniale verleden

Slide 2 - Quizvraag

De vruchtbaarheid in een land betekent in de demografische dimensie:
A
Hoeveel voedingsstoffen er in de grond zitten
B
Hoe gezond de vrouwen en mannen zijn
C
Het gemiddeld aantal kinderen per vrouw
D
Het aantal geboorten per 1000 inwoners per jaar

Slide 3 - Quizvraag

Wat was de voornaamste reden van Europese landen om over te gaan naar industrieel kolonialisme?
A
Groei van bevolking
B
Verzekerd zijn van grondstoffen
C
Meer welvaart
D
Om meer invloed te krijgen in de koloniën

Slide 4 - Quizvraag

Wat past er bij de volgende zin:

Afrikaanse landen leverden vooral grondstoffen aan de moederlanden.
A
Handelskolonialisme
B
Exploitatiekolonialisme

Slide 5 - Quizvraag

Groei van economie
Groei van.. ongelijkheid?
Wie is de "verliezer" in beide afbeeldingen?

Slide 6 - Tekstslide

Ongelijkheid
Sociale ongelijkheid neemt vaak toe als een land economisch ontwikkelt.

Sociale ongelijkheid kun je meten met de Gini-coëfficiënt 
%inkomen en %inwoners
0 = helemaal gelijk
1= helemaal ongelijk

Slide 7 - Tekstslide

Wat kan een gevolg zijn in een land met te veel ongelijkheid?

Slide 8 - Open vraag

Gevolg van teveel ongelijkheid 
- opstand
- onvertrouwen in overheid
- corrupt worden
- belasting ontduiking

Slide 9 - Tekstslide

Nabespreken opdrachten - BuiteNLand online niet nodig

Slide 10 - Tekstslide

(vraag 3c) waarom gaan in Nederland jongeren niet massaal de straat op voor protest acties?

Slide 11 - Woordweb

Is er een onderwerp waarvoor jij wel zou willen demonstreren/al hebt gedemonstreerd?

Slide 12 - Woordweb

Bespreken opdracht 2BC & opdracht 5 - laptop weg, opdrachtenboek/schrift & atlas erbij
Waarom op papier werken?
  1. Mensen lezen beter en onthouden meer van papier dan van een scherm
  2. Je onthoudt beter als je schrijft
  3. Door niet meteen het antwoord te krijgen, denk je langer na voordat je een hulplijn inschakelt en oefen je je AK vaardigheid
  4. Door niet meteen het antwoord te krijgen maar later na te bespreken blijft de kennis beter hangen (en is nabespreken minder saai)
  5. Je toetsen zijn ook op papier, hierdoor oefen je hiervoor

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Vraag 5

Slide 15 - Tekstslide

Welk land is Uruguay, welke is Paraguay?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Geef nu op basis van deze gegevens een verklaring voor het verschil in welvaart tussen deze landen. Ga uit van Uruguay.
Doordat Uruguay.... (opsomming relevante gegevens uit tabel) is dit land welvarender/minder welvarend dan Paraguay.

Slide 22 - Tekstslide

Zelfstandig nakijken + verder aan 1.4
Volgende les kennischeck & bespreken 1.4

1) Nakijken opdrachten 1.3 (online kritisch met smiley's!, op papier met andere kleur pen)
2) Zelf lezen & vragen stellen over 1.4
3) Maakwerk: 1 t/m 4 + 6

Slide 23 - Tekstslide

1.4 Nederland: winnaars en verliezers
Vandaag:
- uitleg 1.4 (inc 1x filmpje +  meerdere deelname vragen)
- samen lezen 1.4
- zelfstandig werken

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je weet welke factoren verklaren waarom de regio Eindhoven zich heeft ontwikkeld tot een brainport
  2. Je begrijpt waarom Oost-Groningen tot de armste regio's van Nederland behoort en Eindhoven tot de succesvolste
  3. Je kunt beoordelen of Nederland gebaat is bij een meer gesloten of meer open wereldeconomie

Slide 25 - Tekstslide

5

Slide 26 - Video

Samen lezen 1.4

Slide 27 - Tekstslide

00:32
Wat zijn de 3 kenmerkende sectoren die NL tot één van de grootste exportlanden ter wereld maken?

Slide 28 - Woordweb

01:06
Welke gunstige vestigingsplaatsfactoren werden er genoemd?

Slide 29 - Woordweb

01:52
51% van de export van Nederland is overslag (doorvoer).
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quizvraag

03:30
De reden dat de handel sterk groeide volgens het laatste stukje van het filmpje was
A
het splitsen van de productieketen
B
sneller en groter vervoer
C
snellere en makkelijkere communicatie
D
het verdwijnen van handelsgrenzen

Slide 31 - Quizvraag

04:26
Nederland scoort hoog op de globaliseringsindex (de mate waarin je economie vervlochten is met de rest van de wereld). Dit komt vooral doordat:
A
Nederland rijk is
B
Nederland klein is
C
Nederland de slimste is
D
De gunstige ligging aan de rand van Europa

Slide 32 - Quizvraag

Clusters
Silicon Valley, Californië
Brainport Eindhoven
Foodvalley (rond Wageningen en Ede)


Slide 33 - Tekstslide

Wat zijn de voordelen voor bedrijven/opleidingen om in een cluster bij elkaar te gaan zitten?

Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Video

Brainport Eindhoven
- Grote bedrijven zoals (vroeger Philips) ASML

- Veel kennis en onderzoek naar nieuwe technologie

Slide 36 - Tekstslide

timer
1:00
Waarom is de regio Eindhoven de slimste regio van de wereld?

Slide 37 - Woordweb

Brainport Eindhoven
  • aanwezigheid van bedrijven die elkaar aanvullen en ondersteunen
  • aanwezigheid technische universiteit
  • goed opgeleide beroepsbevolking
  • nabijheid van afzetmarkten

Allemaal gunstige vestigingsfactoren

Slide 38 - Tekstslide

timer
1:00
Waarom is Oost-Groningen niet het slimste gebied van Nederland?

Slide 39 - Woordweb

Oost Groningen
- landbouw gebied
- ligging?
- jongeren trekken weg
- voorzieningen sluiten

-> bevolking krimpt en vergrijst

Slide 40 - Tekstslide

timer
1:00
Welke kansen zijn er voor Oost-Groningen?

Slide 41 - Woordweb

Kansen in Oost-Groningen
1. Leefomgeving

Slide 42 - Tekstslide

Kansen in Oost-Groningen
1. Leefomgeving
2. Energiegebied

Slide 43 - Tekstslide

Kansen in Oost-Groningen
1. Leefomgeving
2. Energiegebied
3. Overheidsbemoeienis

Slide 44 - Tekstslide

Aan de slag

Toets stof 23 mei:
Vaardigheden, 1.1 t/m 1.4
Maak 1.4
opdracht 1 t/m 4 +6

Slide 45 - Tekstslide