4.2 De Romeinse samenleving

Het Romeinse Rijk


2. De Romeinse samenleving
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Het Romeinse Rijk


2. De Romeinse samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je: 

  • uitleggen hoe en waardoor de Romeinse economie bloeide

  • uitleggen welke sociale verschillen er waren in de steden 

    Slide 3 - Tekstslide

    Er komen 4 herhalingvragen aan... 
    Herhaling van de vorige les(sen)

    Slide 4 - Tekstslide

    Waarom was het Romeinse leger zo succesvol? Noem zoveel redenen als je weet.

    Slide 5 - Open vraag

    Wat is de juiste volgorde?
    A
    koninkrijk-republiek-keizerrijk
    B
    republiek-keizerrijk-koninkrijk
    C
    keizerrijk-koninkrijk-republiek
    D
    koninkrijk-keizerrijk-republiek

    Slide 6 - Quizvraag

    Wie heeft Caesar vermoord?
    A
    Octavianus
    B
    Een groepje senatoren
    C
    Marcus Antonius
    D
    Augustus

    Slide 7 - Quizvraag

    Wat betekent de
    titel 'Augustus'
    A
    De verhevene
    B
    Dictator voor het leven
    C
    Keizer van het Romeinse rijk
    D
    Redder van de Republiek

    Slide 8 - Quizvraag

    De laatste koning wordt verjaagd
    Rome wordt een Republiek
    Caesar wordt dictator voor het leven
    Caesar wordt vermoord door senatoren
    Burgeroorlogen
    Keizer Augustus wordt de eerste Romeinse keizer

    Slide 9 - Sleepvraag

    Maak je klaar om aantekeningen te nemen
    Uitleg

    Slide 10 - Tekstslide

    Een verschrikkelijke dag
    Pompeï  is een stad die vlakbij Napels lag. Veel rijke romeinen woonden er graag. In het jaar 79 n. Chr. gebeurde er iets verschrikkelijks.

    Slide 11 - Tekstslide

    Pompeï lag vlakbij de vulkaan Vesuvius. In het jaar 79 barstte deze uit. De stad werd in korte tijd begraven onder een  regen van hete as en puin.

    Slide 12 - Tekstslide

    Waarom was deze uitbarsting belangrijk?

    Door de asregen is er ontzettend veel bewaard gebleven: huizen, eten, resten van mensen en dieren. 

    Slide 13 - Tekstslide

    Slide 14 - Tekstslide

    Slide 15 - Tekstslide

    De economie 
    Landbouwstedelijke samenleving: meer dan duizend steden en stadjes. 
    - Veel productie in de landbouw en nijverheid
    - Levendige handel 

    De economie profiteerde van de Pax Romana, goede wegen en Romeinse geld. 

    Slide 16 - Tekstslide

    De economie 


    Sommige handelaren waren rijk... maar velen vonden handel minderwaardig. Echte rijkdom kwam door landbouwgrond. 

    Boeren produceerden namelijk het voedsel voor de stad: door het hele rijk verspreid. 

    Slide 17 - Tekstslide

    Sociale verschillen
    1. Aanzienlijke families
    2. Rijke handelaren
    3. Gewone Romeinen
    4. Arme Romeinen
    5. Slaven

    Slide 18 - Tekstslide

    Het leven in de steden: enorme sociale verschillen
    Rijken (kleine groep)
    - prachtige villa's, paleizen met versierde eetzalen en zwembaden
    - werden soms met een stoel door de stad gedragen
    - opscheppen
    - bediend door slaven en vermaakt door dansers 

    Slide 19 - Tekstslide

    Slide 20 - Tekstslide

    Domus
    Stadswoning van een rijke Romein.


    Slide 21 - Tekstslide

    Uitgebreide domus
    In latere perioden breiden de rijke Romeinen hun huizen uit onder andere uit met een grotere tuin en een zuilenrondgang. 

    Slide 22 - Tekstslide

    Dit is een villa urbana. Een woning van een rijke Romein op het platteland. Nasst de villa urbana bestond ook nog de villa rustica. . 

    Slide 23 - Tekstslide

    Dit is een villa rustica, een soort boerderij. Naast dit type villa, bestond er ook de villa urbana. 
    Het meeste werk rondom de villa werd gedaan door slaven.
    Veel villa's hadden uitgebreide badruimten met vloerverwarming
    Er waren appartementen voor de villicus (de toezichthouder) en de actor (de boekhouder) en ook slaapvertrekken voor de slaven.
    Een villa rustica bestond vaak uit verschillende gebouwen, zoals het woonhuis, de stallen en de voorraadschuren.

    Slide 24 - Tekstslide

    Het leven in de steden: enorme sociale verschillen
    Armen:
    - bakstenen flatgebouwen: drie/vier verdiepingen
    - hele gezinnen op een kamer
    - geen keuken: warme eten uit een soort snackbar
    - geen stromend water of riolering: kruiken in de hal
     
    De armste Romeinen leefden in lemen hutjes


    Slide 25 - Tekstslide

    Slide 26 - Tekstslide








    Dit is insula, een flatgebouw in Rome. De woningen werden gehuurd door de armere Romeinen. De meeste insulae waren 4 of 5 verdiepingen hoog. De bouwkwaliteit was niet best: bijna dagelijks waren er branden en instortingen.
    De kamers bovenin een insula waren de slechtste kamers: hier woonden de proletariërs.
    Hoewel er in sommige gebouwen stromend water was, moesten de bewoners van een insula het water vaak uit een fontein op straat halen.
    Hoewel de meeste kamers in een insula klein en donker waren, was er wel verschil: de grotere kamers waren voor mensen met iets meer geld.
    De meeste insulae hadden geen toiletten of keukens. Moest je naar de wc, dan ging je naar een openbaar toilet. En wilde je wat eten, dan ging je naar een thermopolium, een soort snackbar.

    Slide 27 - Tekstslide

    Slide 28 - Tekstslide

    Gevolgen van de oorlogen en de veroveringen. 
    Latifundia op het platteland
    Groei van de stad Rome, met name door de toename van de proletariërs

    Slide 29 - Tekstslide


    Proletariërs

    Proletariërs zijn arme Romeinen die vrijwel niets hebben. Soms zijn zij boeren geweest die niet konden concurreren tegen de grote boerderijen. Het woord komt van proles (kinderen): 'het enige dat zij hebben zijn hun kinderen.' 

    Toch zijn ze erg belangrijk voor rijke Romeinen: ze mogen namelijk stemmen en kunnen rijke Romeinen machtig maken.

    De huizen van proletariërs hadden geen eigen toiletten. Je moest dan naar dit soort openbare toiletten in Rome: gezellig met z'n allen roddelen terwijl je je behoeften doet. Echt schoon was het allemaal niet: uit recent onderzoek werd duidelijk dat het enorme bron van parasieten en infecties.
    Privé-toiletten kwamen pas later, en alleen voor mensen die dat konden betalen. 

    Slide 30 - Tekstslide


    Brood en spelen

    Rijke Romeinen hadden snel in de gaten dat het gewoon volk, rustig blijft zolang het maar wat te eten heeft en/of zich niet gaat vervelen.

    Het volk kreeg dus 'brood' en 'spelen' in het Colosseum.

    Slide 31 - Tekstslide

    Slide 32 - Video

    Net als bij een modern stadion was (een deel van) de tribune overdekt met zonneschermen (velarium). Soms waren er de hele dag spelen, en dan moet je wel bescherming kunnen zoeken tegen de zon.
    Er konden ongeveer 50.000 toeschouwers plaats nemen in het Colosseum.
    Vlakbij het Colosseum lagen vier gladiatorenscholen. Eén van deze scholen stond met een ondergrondse gang in verbinding met het Colosseum.
    Behalve gladiatorengevechten zijn er bij de opening ook zeeslagen nagespeeld. De arena werd dan gevuld met miljoenen liters water, en schaalmodellen van de schepen speelden de zeeslag dan na.
    De loge van de Keizers
    In de catacomben onder de arena-vloer wachtten de gladiatoren en de wilde dieren tot ze mogen vechten.

    Slide 33 - Tekstslide

    Slide 34 - Tekstslide

    Slide 35 - Tekstslide

    Gladiatoren
    Een gladiator was meestal een slaaf of een gevangene. De slaven werden als boeren ontvoerd en moesten van de Keizer vechten. Hiervoor werden ze getraind.

    Een bekende gladiator in de Romeinse tijd was Spartacus

    Als je won kreeg je als beloning: brood, vrouwen, geld en roem.

    Slide 36 - Tekstslide

    Slide 37 - Video

    Het ziet er allemaal erg spectaculair uit, maar dit schilderij heeft niet zoveel met de werkelijkheid te maken. Het is een zwaar geromantiseerd beeld uit de 19e eeuw, ongeveer 1500 jaar na de val van het Romeinse Rijk!
    Bij veel gevechten was er zelfs een scheidsrechter die keek of het gevecht wel eerlijk verliep.

    Slide 38 - Tekstslide



    Veel slaven
    • Veroveringen zorgen voor veel meer slaven
    •  Verschil in behandeling slaven
    • Slavernij was normaal in de Romeinse samenleving

    Slide 39 - Tekstslide


    Slaven


    • De Romeinen bezaten heel veel slaven (1 op de 10 Romeinen)
    • De slaven verrichten veel werk, zoals werken op latifundia, in de mijnen of aan het hof van rijke Romeinen
    • De slaven waren van groot belang voor het functioneren van de Romeinse maatschappij

    Slide 40 - Tekstslide