4.4 Zorg voor een zorgverzekering.

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Je leert in deze les hoe een motorvoertuigenverzekering werkt. Je leert wat het verschil is tussen een WA en een casco verzekering en hoe je de bonus-malus ladder kunt gebruiken. Ook leer je hoe je de premie voor een motorvoertuigenverzekering kunt uitrekenen.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij economie!
  • Ga rustig zitten
  • Doe je jas uit en pet af!
  • Pak je spullen
  • Doe je telefoon in je tas
  • Zet je tas op de grond
  • Je bent stil!

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Hoofdstuk 4
  • Herhaling 4.3
  • Leerdoelen & uitleg 4.4
  • Zelfstandig aan de slag met de opdrachten van 4.4
  • Leerdoelen behaald
  • Afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

4.3 Rij schade vrij
Wat weet je nog van?
  • een WA-verzekering of WA+cascoverzekering ?
  • waardoor er verschillen zijn in de premie van een scooter- en autoverzekering?
  • hoe je premie omlaag gaat als je schadevrij rijdt, maar stijgt als je schade claimt?

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdstuk 4
Kies je voor zekerheid 

4.1 Waarom verzeker je dat?
4.2 Wat is er thuis verzekerd?
4.3 Rij schadevrij!
4.4 Zorg voor een zorgverzekering

Slide 5 - Tekstslide

 Zorg voor een zorgverzekering!

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen vandaag;
Na deze les weet je...
  • waarvoor je een zorgverzekering nodig hebt.
  • hoe de zorgverzekering betaalbaar blijft.
  • waarop je moet letten bij een hoger eigen risico.
  • hoe solidariteit een rol speelt bij zorgverzekeringen.

Slide 7 - Tekstslide

Is een zorgverzekering verplicht?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quizvraag

0

Slide 9 - Video

Wat waren volgens jouw de 3 belangrijkste begrippen in het filmpje?

Slide 10 - Woordweb

Samenvattend....
De zorgverzekering vergoedt de kosten van gezondheidszorg, zoals huisarts, ziekenhuis en medicijnen.

De verzekering bestaat uit:
  • een basisverzekering (die is verplicht);
  • een aanvullende verzekering (voor kosten die niet gedekt worden door de basisverzekering, bijv. fysiotherapie).

Slide 11 - Tekstslide

Wat is zorgtoeslag?

Slide 12 - Open vraag

Zorgtoeslag
  • Mensen met een 'lager' inkomen hebben recht op zorgtoeslag (= een bijdrage van de overheid in de kosten van de zorgverzekering )
  • doel = mensen met een lager inkomen, hebben toch de mogelijkheid om de juiste zorg te krijgen.


Slide 13 - Tekstslide

Moeten kinderen onder de 18 ook een ziektekostenverzekering afsluiten ?
A
Ja, iedereen moet verplicht een verzekering afsluiten
B
Nee, voor kinderen is dat niet nodig
C
Ja, maar kinderen zijn kosteloos meeverzekerd bij hun ouders
D
Geen van bovenstaande antwoorden is juist

Slide 14 - Quizvraag

Mag een verzekeraar oudere mensen weigeren ?
A
Ja, dat mag
B
Dat mag alleen voor aanvullende verzekeringen, niet voor de basisverzekering
C
Nee, dat mag niet
D
Dat mag voor de basisverzekering, maar niet voor de aanvullende verzekeringen

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

Zou jij een hoog of een laag eigen risico nemen? Leg je antwoord uit! (want, omdat)

Slide 17 - Open vraag

Wat wordt er bedoeld met "solidariteit" bij een verzekering?

Slide 18 - Open vraag

Solidariteit
  • Solidariteit = mensen delen de risico’s, de sterken helpen de zwakken.
  • Solidariteit bij de zorgverzekering (basisverzekering): iedereen betaalt eraan mee, of je nu veel of weinig zorg nodig hebt.


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Zelfstandig werken

Gebruik de resterende tijd voor met het maken van de opdrachten van 4.4

Vragen? Zacht overleggen met buurman, vinger opsteken


Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen
Wat weet je nog van...
  • waarvoor je een zorgverzekering nodig hebt.
  • hoe de zorgverzekering betaalbaar blijft.
  • waarop je moet letten bij een hoger eigen risico.
  • hoe solidariteit een rol speelt bij zorgverzekeringen.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Welke van de volgende autoverzekeringen is verplicht?
A
cascoverzekering
B
WA-verzekering
C
casco- en WA-verzekering
D
all-risk verzekering

Slide 24 - Quizvraag

Voor welke auto is de premie voor de cascoverzekering het hoogst?
A
BMW iX3 (nieuwprijs € 68.000, 2.260 kg)
B
BMW Z4 (nieuwprijs € 53.000, 1.630 kg)
C
BMW X6 (nieuwprijs € 95.000, 2.160 kg)
D
BMW 8 (nieuwprijs € 113.000, 1.800 kg)

Slide 25 - Quizvraag

Waarvoor sluit je een all risk verzekering af?
A
Voor zelf veroorzaakte schade
B
voor een vakantie die je af moet zeggen.
C
voor fysiotherapie
D
voor onkosten aan elektrische fiets

Slide 26 - Quizvraag

Is onderstaande stelling juist of onjuist?
Hoe meer schadevrije jaren je hebt, hoe meer korting je krijgt!
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

De hoogte van een premie voor de WA-verzekering voor je auto wordt niet bepaald door ...
A
de leeftijd van de bestuurder.
B
het aantal kilometers dat je rijdt per jaar.
C
de leeftijd van de auto.
D
de regio waar je woont.

Slide 28 - Quizvraag

Welke bewering over de autoverzekering is juist:
A) Een cascoverzekering is verplicht.
B) Als je schade claimt, dan stijg je op de bonus-malus ladder.

A
A en B
B
B
C
A
D
Geen van beide

Slide 29 - Quizvraag

Een ander woord voor WA + casco is:

Slide 30 - Open vraag

Welke van de volgende autoverzekeringen is verplicht?
A
cascoverzekering
B
WA-verzekering
C
casco- en WA-verzekering
D
all-risk verzekering

Slide 31 - Quizvraag

Hoe heet de verzekering die de schade dekt als je met je auto schade bij iemand anders veroorzaakt?
A
AVP
B
casco
C
WA
D
geen idee

Slide 32 - Quizvraag

Wanneer is het verstandig om een casco verzekering te nemen ?
A
Als je een oude / goedkope auto hebt.
B
Als je een nieuwe / dure auto hebt.

Slide 33 - Quizvraag

Gebruik de bonus-malusladder hiernaast (door erop te klikken wordt hij groter). Jolanda zit in trede 10 in 2018. Ze claimt geen schade. Haar brutopremie bedraagt € 1.300 per jaar.

Hoeveel premie betaalt ze in 2019?

Slide 34 - Open vraag

Extra uitleg

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Video