A) Wie is homozygoot recessief voor SMA ?
Peter (aa)B) Bepaal het genotype van alle personen in de stamboom.
(zie vorige slide)
C) Zoon Peter krijgt een relatie met Esmee. Esmee is homozygoot dominant. Hoe groot is de kans dat hun kind een allel voor SMA heeft ? (Peter is aa en Esmee AA). Maak het kruisingsschema en zie dat alle F1 (100%) kans hebben op een allel voor SMA.
D) Jorine heeft sowieso een recessief allel voor SMA. Als haar man Govert dat ook heeft (hij is dan wel heterozygoot, want hij heeft geen SMA), dan zou hij ook een recessief allel door kunnen geven. De kinderen van Jorine en Govert kunnen - als ze de recessieve allelen krijgen - SMA hebben. Dus willen ze onderzoeken welk genotype Govert heeft.