Les 5.2 - hefbomen deel 2 + bespreken toets

Les 5.2
 Hefbomen deel 2
Lesplanning:
  1. Even opfrissen kennis van vorige week.
  2. Uitleg rekenen met de hefboomwet deel 1
  3. Evenwichtspel (Phet)
  4. Uitleg rekenen met de hefboomwet deel 2
  5. Werkboekje hefbomen deel 2 
  6. Toetsbespreken
  7. Afsluiting

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 5.2
 Hefbomen deel 2
Lesplanning:
  1. Even opfrissen kennis van vorige week.
  2. Uitleg rekenen met de hefboomwet deel 1
  3. Evenwichtspel (Phet)
  4. Uitleg rekenen met de hefboomwet deel 2
  5. Werkboekje hefbomen deel 2 
  6. Toetsbespreken
  7. Afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
Aan het einde van de les kan je de hefboomwet toepassen om te berekenen ...
  • hoe groot een kracht moet zijn;
  • hoe groot een arm moet zijn;
om de hefboom in evenwicht te brengen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is een
takkenschaar zo lang?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hefbomen
zijn apparaten die de evenwicht regel (hefboomwet) gebruiken om ervoor te zorgen dat je minder kracht nodig hebt.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De hefboomwet
Fr(linksom)=Fr(rechtsom)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergroot de pincet de kracht?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de arm van de
spierkracht groter is dan de arm van de werkkracht dan
vergroot de
hefboom de
spierkracht. 
Fr(linksom)=Fr(rechtsom)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is groter?
A
De werkkracht.
B
De spierkracht.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rekenen met de hefboomwet

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fr(linksom)=Fr(rechtsom)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fr(linksom)=Fr(rechtsom)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeldopgave
De man (80 kg) houd zichzelf in evenwicht. Hoe groot is de kracht die zijn armen leveren?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Contragewicht

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Met werkboekje hefbomen deel 2:
- maak de opgaven in je schrift.
- uitwerkingen staan in teams.
- eerder klaar:
   ga verder met deel 3
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

2x 10 minuten
Toets bespreken

  1. Zelfstandig nakijken opgave 1 t/m 6
  2. Klassikaal bespreken opgave 7, 11, 12, 13 en 14
  3. Zelfstandig nakijken 

Evt. verder met H1 kracht (Hefbomen)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Opdracht 3
Opdracht 1

Opdracht 2   
a juist
b juist
c onjuist
d juist

Opdracht 3
Opdracht 4
Ballon krijgt door het wrijven een overschot aan (-) lading (1p). Het plafond is neutraal. Geladen voorwerp trekt neutraal voorwerp aan. (1p)

Opdracht 5


Opdracht 6   
B, C en D        C    A en D
A en D             D    geen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikaal 
opgave 7, 11, 12, 13 en 14

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Opdracht 3
Opdracht 8
1pt aflezen tussen 2,75 en 2,85 A
1pt  R = 1,4 Ω

Opdracht 9 
1pt   Inzicht dat de stroomsterkte
        minder snel stijgt dan de
        spanning.

Opdracht 10
1pt   lijn start in de oorsprong en
         gaat door punt dat hoort bij
        een weerstand van 2 Ω.
1pt   rechte lijn


Klaar: 
ga verder met werkboekje hefbomen deel 2
Opdracht 15

1pt  I_R2 = 0,67 A
1pt  I_R1 = 0,33 A
1pt   R1 = 36 Ω

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je de hefboomwet toepassen om te berekenen ...
  • hoe groot een kracht moet zijn om de hefboom in evenwicht te brengen;
  • hoe groot de arm moet zijn om een hefboom in evenwicht te brengen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kwik, Kwek en Kwak
Kwik en kwek spelen samen op de wipwap. Ze zitten beide op gelijke afstand van het draaipunt. Dan komt Kwak aanlopen. Hij wil aan Kweks kant van de wip zitten. Kwik blijft aan het uiteinde van zijn kan zitten.
Ga ervan uit dat ze alledrie even zwaar zijn.
Hoe moeten Kwek en Kwak zich over de
arm van de wip verspreiden om de wipwap
in evenwicht te krijgen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kwik
Kwik, kwek en kwak zijn even zwaar.
Tip
Stel kwik, kwek en kwak hebben alledrie een gewicht van 10 N. Kwik zit op 3,0 m. Waar moeten kwek en kwak dan zitten?
Kwek
Kwak

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn er echt vier
personen nodig?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies