Les 5: Grammar

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Online lessen Engels
  1.  Camera aan als docent dit aangeeft.
  2. Je zit in de LessonUp en doet actief mee. Je beantwoord de tussentijdse vragen.
  3. Je maakt de opdrachten in Learnbeat. Je maakt de opdrachten zodra de docent dit aangeeft.
  4. Al het huiswerk van Learnbeat wat je niet af kan maken is huiswerk. 

Doe je niet mee in de LessonUp en/of Learnbeat? => Afwezig 

Slide 2 - Tekstslide

How was your weekend?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Poll

Today!
  • Lesson aims
  • Planner
  • Week aims


  • To work

Slide 4 - Tekstslide

Lesson aims


At the end of class, you;
... can recognize sentences about questions with to have got. 
... can make a question sentence with to have got
... know what we are going to do this week.




Slide 5 - Tekstslide

Weekplanner
Dinsdag
=> Grammar

Woensdag
=> Watching

Donderdag
=> Newsround
=> Listening

Slide 6 - Tekstslide

Recab
Speaking and Writing

I live in a small house.
What kind of house do you live in?

Slide 7 - Tekstslide

Make correct sentences
Left: Start of a sentence.
Right: End of a sentence.
Make correct sentences!

Slide 8 - Tekstslide

I live
What kind of house
I haven't got a
We have got
Is your room
Do you
do you live in?
tidy room.
have a garden?
in a flat.
a big house.
messy?

Slide 9 - Sleepvraag

Write it in English:
Ik woon in een flat.

Slide 10 - Open vraag

Have you got a nice house?

Slide 11 - Open vraag

Have you got a big room?

Slide 12 - Open vraag

Grammar
Questions with To Have got.

Have you got a nice house?
Have they got a big garden?
Has Liz got a bunk bed?

Slide 13 - Tekstslide

What means;

Have got
A
Zijn
B
Lopen
C
Hebben

Slide 14 - Quizvraag

Have got (hebben)
I, you, we en they: Have got
He, she, it: Has got

We have got this!

Slide 15 - Tekstslide


You have got a nice house.


They have got a big garden.
! Vraagzinnen met have got maak je door have of has vooraan in de zin te zetten. Het woordje got veranderd niet van plaats.

Slide 16 - Tekstslide


You have got a nice house.
> Have you got a nice house?

They have got a big garden.
! Vraagzinnen met have got maak je door have of has vooraan in de zin te zetten. Het woordje got veranderd niet van plaats.

Slide 17 - Tekstslide


You have got a nice house.
> Have you got a nice house?

They have got a big garden.
> Have they got a big garden?
! Vraagzinnen met have got maak je door have of has vooraan in de zin te zetten. Het woordje got veranderd niet van plaats.

Slide 18 - Tekstslide

Maak de zin vragend:
You have got a bunk bed.
have
you
bunk bed
got
a

Slide 19 - Sleepvraag

Maak de zin vragend:
Liz has got a nice house.

Slide 20 - Open vraag

Questions
Let op! Je kunt ook vragen maken met alleen have of has, dus zonder got. Je gebruikt dan een vorm van to do.

Slide 21 - Tekstslide

Questions
I, you, we en they:
> Begin de zin met Do.


He, she en it:
> Begin de zin met Does.
You have a big room.
> Do you have a big room?
Marc has his own room.
> Does Marc has his own room?

Slide 22 - Tekstslide

Worktime!
Make the exercises of Balk E. Grammar in Learnbeat.

Slide 23 - Tekstslide