Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Dictee 2 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4 sch- schr-
Dictee 2 Nederlands
VSO ZML Leerroute 3-4-5
(niveau groep 5 primair onderwijs)
1 / 43
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
In deze les zitten
43 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Dictee 2 Nederlands
VSO ZML Leerroute 3-4-5
(niveau groep 5 primair onderwijs)
Slide 1 - Tekstslide
Dictee 2 Nederlands
Woorden met een
sch
of
schr
Je hoort
sg
, maar je schrijft
sch
.
De
ch
klinkt als
g
.
lach, pech
Hoor je na de s een g? Schrijf dan
sch
.
Slide 2 - Tekstslide
schat
Slide 3 - Tekstslide
schrob
Slide 4 - Tekstslide
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 5 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
sgar
B
sgaar
C
schar
D
schaar
Slide 6 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 7 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
school
B
sgool
C
schol
D
shool
Slide 8 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 9 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
schaat
B
sgat
C
sgaat
D
schat
Slide 10 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 11 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
sgil
B
schil
C
scheel
D
schel
Slide 12 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 13 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
scheer
B
schir
C
sgeur
D
scheur
Slide 14 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 15 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
schoen
B
sgoen
C
shoen
D
shcoen
Slide 16 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 17 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
vriendsgap
B
vrientschap
C
vriendschaap
D
vriendschap
Slide 18 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 19 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
scheelderij
B
schilderij
C
sgilderij
D
schilderei
Slide 20 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 21 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
besgerming
B
beschermin
C
bescherming
D
beschermin
Slide 22 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 23 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
shcram
B
schraam
C
sgram
D
schram
Slide 24 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 25 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
schrijf
B
sgrijf
C
schreef
D
schrijv
Slide 26 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 27 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
sgrift
B
schrift
C
schrijft
D
schrivt
Slide 28 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 29 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
sreeuw
B
sgreeuw
C
schreeuw
D
schreew
Slide 30 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 31 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
schrob
B
sgrob
C
schob
D
schrop
Slide 32 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 33 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
schik
B
schrik
C
sgrik
D
shcrik
Slide 34 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 35 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
schroef
B
schoef
C
schroev
D
sgroef
Slide 36 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 37 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
buschrijf
B
busgrijf
C
besgijf
D
beschrijf
Slide 38 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 39 - Open vraag
Hoe schrijf je dat woord ook alweer?
A
handschift
B
hantschrift
C
hanschrift
D
handschrift
Slide 40 - Quizvraag
Welk woord hoorde jij?
Schrijf het op zonder hoofdletter.
Slide 41 - Open vraag
Niet alles goed geschreven?
Maak je niet druk.
Je hebt weer heel wat
geleerd
vandaag!
Slide 42 - Tekstslide
schat
Slide 43 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Dictee 1 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4
Oktober 2021
- Les met
43 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Dictee 4 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4
November 2021
- Les met
28 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Dictee 6 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4
November 2021
- Les met
25 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Dictee 3 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4
November 2021
- Les met
36 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Dictee 5 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4
November 2021
- Les met
52 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Dictee 7 Nederlands VSO ZML Leerroute 3-4 sch- schr- ng nk v-z
November 2021
- Les met
30 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
dictee SCH / SCHR en NK / NG
September 2024
- Les met
11 slides
Spelling
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Dictee 13 Nederlands MIX VSO ZML Leerroute 3-4 Paul Abma
December 2021
- Les met
24 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3