Rekenen: oppervlakte

Doel
Ik kan het roostervierkantje gebruiken bij het 
bepalen van oppervlakte.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Doel
Ik kan het roostervierkantje gebruiken bij het 
bepalen van oppervlakte.

Slide 1 - Tekstslide

Waarom moet ik weten hoe ik de oppervlakte bereken?

Ik wil nieuwe tegels voor mijn tuin. 
Dan moet ik eerst weten hoe groot mijn tuin is. 
Hoeveel vierkante meter? 
Als ik dat weet kan ik tegels gaan kopen. 

Slide 2 - Tekstslide

Hoeveel vierkante meter (m2)?

Slide 3 - Tekstslide

Samen
1. Welk figuur heeft de grootste oppervlakte?

Slide 4 - Tekstslide

Met je schoudermaatje
(Schrijf op je wisbordje)
2. Welke twee figuren hebben een even grote oppervlakte?

Slide 5 - Tekstslide

Met je schoudermaatje
(Schrijf op je wisbordje)
3. Welk figuur heeft de 
kleinste oppervlakte?

Slide 6 - Tekstslide

Met je schoudermaatje
(Schrijf op je wisbordje)
3. Wat is de oppervlakte van figuur E?

Slide 7 - Tekstslide

Nu jij!
Wisbordje op tafel?
Stift in je hand?
Daar gaan we!

Slide 8 - Tekstslide

Welk figuur heeft de kleinste oppervlakte?

Slide 9 - Tekstslide

Welk figuur heeft de kleinste oppervlakte?
Dit figuur heeft de kleinste oppervlakte

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de oppervlakte van dit figuur?

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de oppervlakte van dit figuur?
6 m2

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de oppervlakte van dit figuur?

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de oppervlakte van dit figuur?
12 m2

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht
Teken 2 verschillende plattegronden van 18 hokjes. 

Laat je schoudermaatje controleren of het klopt. 

Slide 15 - Tekstslide

Blok 3 week 2 les 3
Maak opgave 0 t/m 2
Extra: opgave 3

Klaar? 
Werk aan je persoonlijke leerdoelen. 

Slide 16 - Tekstslide

Gooi de dobbelsteen!
Wat was het doel?                                                                     Wat was het doel?

Hoe ging het samenwerken?                                               Kon je je concentreren?

Wat vond je moeilijk?                                                                Wat lukte goed?

Slide 17 - Tekstslide