Hoofdstuk 2 - herhaling

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Van de Bergen naar de Zee

Hoogste gebergte van Europa

Van zee naar berg

resten van planten en dieren stapelen zich op 

Bedekt door zand en steen

Sedimentgesteente

Erosie

Afslijten van gebergten

Verwering

Het uiteenvallen van gesteenten door het weer en platengroei

Verschillende soorten verwering

• Biologische verwering - door levende organismen
• Chemische verwering -  verwering waarbij de samenstelling                                                       verandert
• Mechanische/ fysische verwering - verwering waarbij de                                                                      samenstelling niet verandert
• Vorstverwering - verwering door het bevriezen en ontdooien van water

Jong gebergte

Oud gebergte

IJstijd 

Glaciaal ❄️

Interglaciaal ☀️

Wat is firn?

Firnbekken is een plek waar de Firn zich ophoopt

Firnbekken is een plek waar de Firn zich ophoopt

U-dal

Kenmerken u-dal

Vlakke bodem

Steile bergwanden

Breed dal

V-dal

U-dal

De Bovenrijnse Laagvlakte

• Horst en slenk

Laagvlakte is weggezakt = slenk

Aan weerszijde hoger gelegen delen = horst

De Bovenrijnse Laagvlakte

• Rijn stroomt langzamer          - minder insnijding                   - ruimte voor bochten                  (meanders)                                
• Lage stroomsnelheid zorgt voor  veel sedimentatie in Bovenrijnse Laagvlakte

De Middenrijn

Tussen Bingen en Bonn moet de Rijn door een middelgebergte. Rijn heeft zich een weg gebaand, rivierdal is smal en diep.

De Benedenloop van de Rijn

• splitsingen in de rivier? 
  

1.  lage stroomsnelheid
   
2. veel sedimentatie
3. rivierbedding raakt verstopt  
4. rivier zoekt een nieuwe uitgang -> splitsing 
5. Ontstaat van een delta 

Afbreken of opbouwen

- sterke terugstroom -> veel zand mee terug -> afbraak landschap (afbraakkust)

Een klifkust is een voorbeeld van een afbraakkust.

De zee breekt de onderkant van de rots af, waardoor de rots steeds verder instort.

Afbreken of opbouwen

- zwakke terugstroom -> weinig zand mee terug -> opbouw landschap (aanslibbingskust)

- onder water ontstaan

 zandbanken

- als ze bij eb droogvallen

 heten ze strandwallen

- de wind vormt kustduinen