VRIENDSCHAP

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

THEMA VRIENDSCHAP

OPEN BOEK BLZ. 118

EGIDIUSLIED

Opdracht 1 op 

blz. 119

De opdracht lijkt me niet zo gemakkelijk.

Hanneken Leckertant (1541)

Jan van den Berghe

opdracht 2 blz. 120

Hanneken Leckertant (Hansje Lekkerbek) en Lippen Loer (Filip de Loser).

Lippens moeder is een vrekkig type en geeft Lippen amper te eten. Daarom doet hij net alsof hij heel ziek is. Het enige medicijn? Lekker eten.

de klotendolk

LUCIFER (1654)

Joost van den Vondel

opdracht 3

OPEN BOEK BLZ. 123

LUCIFER (1654)

De opdracht is niet al te moeilijk. Vraag g (een podcast) mag je overslaan.

EPIKURISCH FEESTGEZANG

1847

P.A. de Génestet

opdracht 4

OPEN BOEK BLZ. 124

EPIKURISCH FEESTGEZANG

We lezen het gedicht.

De vragen g en h mag je overslaan.

NOODLOT

1890

Louis Couperus

opdracht 5

OPEN BOEK BLZ. 126

NOODLOT

Geen moeilijke opgave.

Bij vraag i mag je in plaats van een posterpresentatie ook een opsomming geven van de overeenkomsten tussen de art nouveau en de impressionistische schrijfstijl van Couperus.

WERTHER NIELAND

1949

Gerard Reve

opdracht 6

OPEN BOEK BLZ. 129

WERTHER NIELAND

Het is handig voor deze opdracht even een goed verslag van dit boek te lezen.

Geen erg moeilijke opdracht, maar je moet wel vier alinea's schrijven.

VRIENDSCHAP

1982

Het goede doel

opdracht 7

OPEN BOEK BLZ. 130

VRIENDSCHAP

Een van de vragen is:

kun je genieten van een lied waarvan je de tekst

niet kunt verstaan?

VRIENDSCHAP

Makkelijke opdracht.

Veel vragen over je eigen mening.

VRIEND

2004

M. Vasalis

opdracht 8

OPEN BOEK BLZ. 132

Vriend, metgezel, die meer en minder is 

dan vader, moeder, minnaar, kind 

hetzelfde als ik, maar anders 

onafhankelijk en toegewijd 

ouder, jonger, van dezelfde tijd. 

Trooster, die getroost kan worden 

baken en verhanger van borden 

broeder, maar van een andere moeder, zonder rivaliteit 

met wie ik samenloop en die mij begeleidt. 

Hij gunt mij om te leven en als ik dood 

zou willen, geeft hij mij gelijk. 

Soms is het, dat ik om hem alleen 

verdragen blijf, wat zonder hem ondraaglijk scheen. 

Zonder een enkele verplichting 

loop ik en altijd in zijn richting.

VRIEND

Er worden veel poëticale begrippen gevraagd. Er wordt ook gevraagd een korte beschouwing te schrijven over de overeenkomsten en verschillen tussen de gedichten van Hermans en Vasalis

DE MENSEN DIE ACHTERBLEVEN

2016

Martijn Neggers

opdracht 9

OPEN BOEK BLZ. 134

DE MENSEN DIE ACHTERBLEVEN

Deze opdracht is goed te doen.