Week 02 Unit 3 Lesson 1

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Online: Unit 3 - Lesson 1 - Try out

Finish all the assignments in Try Out

Finished? Study Vocabulary 3.1 (p. 179)

Vocabulary 3.1 (p. 179)

Book p. 91 - 94

Finish the assignments 1, 2, 3, 4

Finished? Online assignments 5, 6, 7

Present Simple

Aan het einde van de les kun je:

• de Present Simple herkennen
• de Present Simple gebruiken
• de Present Simple toepassen

present simple

• De present simple is een vorm van de tegenwoordige      tijd.
• Je gebruikt de present simple bij gebeurtenissen die ...
•  ... altijd ...
• ... nooit ...
• ... regelmatig plaatsvinden
• Je gebruikt de present simple ook bij feiten en                gewoontes.

Hoe maak je de Present Simple? 

I work	Do I work?	I don't work
You work	Do you work?	You don't work
He/She/It work s	Do es he/she/it work?	He/She/It do es n't work
We work	Do we work?	We don't work
You work	Do you work?	You don't work
They work	Do they work?	They don't work

Hoe maak je de Present Simple?

+ (normale zin)

? (vraagzin)

- (ontkenning)

Present Simple

+ SHIT-rule

SHIT-rule:

he / she / it? + S!

s-klank? + ES

laatste letter = o? + ES 

She

works

The dog

watches

The girl

goes

SHIT-rule:

he / she / it? + S!

laatste letter = y? + IES

laatste letter = y? + IES 

She

works

She (try)

tries

The winner

cries

zij praten

zij praten niet

praten zij?

ik speel

ik speel niet

speel ik?

de kat eet

de kat eet niet

eet de kat?

hij doet

hij doet niet

doet hij?

Online: Lesson 1, assignment 7

Finish assignment 7

Finished? Online assignments 5, 6

Study vocabulary 3.1 (p. 179)