Zakelijke mail

DE ZAKELIJKE EMAIL
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

DE ZAKELIJKE EMAIL

Slide 1 - Tekstslide

In een zakelijke email gebruik je formele taal.
A
Waar.
B
Niet waar.

Slide 2 - Quizvraag

Dit is een persoonlijke email
Dit is een zakelijke email

Slide 3 - Sleepvraag

De aanhef van een zakelijke email schrijf je zo:
A
Hoi meneer/mevrouw,
B
Geachte meneer, mevrouw,
C
Fakka drerrie,
D
Geachte heer/mevrouw,

Slide 4 - Quizvraag

Welk onderdeel hoort niet bij een zakelijke -email?
A
Inleiding
B
slot
C
uitwerking
D
kern

Slide 5 - Quizvraag

Hoe start je de inleiding?
A
Ik heet Puck Al en ik zit op het Dalí College
B
Goedendag, mijn naam is Puck al en ik zit op het Dalí College.
C
Mijn naam is Puck al en ik zit op het Dalí College.
D
Mijn naam is Puck.

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel zinnen heeft een alinea minimaal?
A
2 of meer
B
3 of meer
C
4 of meer
D
5 of meer

Slide 7 - Quizvraag

Waar vind je wat je moet schrijven in je kern?
A
In de opdracht die je krijgt
B
Dat verzin je zelf
C
Dat moet je van te voren uit je hoofd leren

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de groet van een zakelijke e-mail?

Slide 9 - Open vraag

Als je inleiding, kern en slot allemaal uit 1 alinea bestaan. Hoeveel witregels gebruik je dan in je e-mail?

Slide 10 - Open vraag